Justitie eiste even daarvoor drie maanden celstraf, waarvan een maand voorwaardelijk. De jongen zit inmiddels al bijna twee maanden in voorarrest. Behalve voor bedreiging eiste de aanklager de straf ook wegens dwang, omdat de krant ertoe werd bewogen een interview met de moeder en de zus van een verdachte niet te publiceren. Dat gebeurde volgens justitie begin februari dit jaar.De 18–jarige Nijmeegse verdachte B. el G. toog met een vriend naar De Gelderlander om publicatie te verhinderen van het interview dat de krant had afgenomen in verband met andere strafbare feiten uit die familie.

Een broer van de 18–jarige is verdachte in de zaak waarbij half januari een 50–jarige Arnhemmer op een zebrapad werd aangereden door een scooter met twee berijders. Zij waren op de vlucht voor de politie. De Arnhemmer overleed. Volgens de aanklacht tegen hen bedreigden de scooterrijders later in het ziekenhuis het personeel.

De 18–jarige broer van de scooterjongen riep volgens de aanklager in de hal van De Gelderlander in Nijmegen dat hij de journalist en de krant kapot zou maken. Hij maakte daarbij een schietgebaar. Daarvoor voerde de officier van justitie getuigen op. De aanklager neemt het de jongen kwalijk dat hij de persvrijheid wil laten wijken voor persoonlijk belang en vindt de ophef daarover in de maatschappij terecht. Ook maakt hij zich zorgen over het herhalingsgevaar, omdat de jongen al zeven jaar onder toezicht van jeugdzorg stond en al drie keer door de kinderrechter is veroordeeld.

Volgens de advocaat van de 18–jarige moet de zaak worden teruggebracht tot normale proporties. Daarbij citeerde de advocaat ook uit een brief van de hoofdredacteur van de krant, waarin die het betreurt dat de zaak zo hoog oploopt. Er waren er ook getuigen die géén bedreiging hebben gehoord of zelfs meenden dat de situatie ’met de twee pubers’ niet veel om het lijf had.

De advocaat stelde dat de zaak is opgeblazen en eiste vrijspraak. Dwang is sowieso al niet bewezen, vindt de raadsvrouw. Want de Gelderlanderredactie zag niet af van publicatie, omdat zij zwichtte voor dreigementen, maar op verzoek van – en uit compassie met – de moeder en de zus van de verdachte.

De rechtbank doet uitspraak op 7 april.