Brood-nodig?
”Dieetdokter” Frank is in! Het is heel eenvoudig: geen brood en andere zaken met veel koolhydraten. En verder bepaalde voeding juist weer wel, maar geen poeders, drankjes en dure pillen.
Iedere zichzelf respecterende boekhandel heeft stapels voorhanden: eerste druk januari 2010, tweede tot en met vierde druk februari 2010. De boeken gaan als warme broodjes over de toonbank.”Gezond slank met dokter Frank” zorgt ervoor dat ik dikbuikige dokters om me heen zie veranderen in keurig slanke gestalten. Werkelijk, dokter Frank geeft zichtbare resultaten en degenen die zich aan zijn aanwijzingen onderwerpen zijn ook nog eens razend enthousiast. Geen hongergevoel en je merkbaar fitter voelen, wat wil een mens nog meer?
Na een werkdag te hebben doorgebracht tussen opgewekte, slanke dokters, rijd ik mijmerend naar huis. Dokter Frank is in, Sonja Bakker is weer uit. Wat is dat toch voor eigenaardigs met ons mensen? Als iets maar nieuw is, dan is het beter.
Sonja Bakker werkte enige tijd geleden toch ook heel goed? Althans, ook toen waren er enthousiaste mensen die roemden over de resultaten. Sonjabakkeren werd zelfs een werkwoord. Dokter Frank heeft het, voorzover mij bekend, nog niet zover geschopt.
”Nieuw, versterkte kracht!” staat er op een schoonmaakmiddel in mijn keukenkastje. ”Nieuwe mode”, schreeuwen folders en advertenties. Kennelijk oefent het woordje nieuw op veel mensen aantrekkingskracht uit.
Ik snap daar werkelijk niets van. Goed is toch gewoon goed, waarom dan weer veranderen? Een „geheel vernieuwde formule” zorgt ervoor dat lekker ruikend schoonmaakmiddel voortaan minder lekker ruikt. En aangenaam voelende shampoo kan zomaar veranderen in een jeuk veroorzakende substantie.
En nieuwe mode roept doorgaans al helemaal mijn ergernis op. Dat houdt namelijk in dat mijn lichaam zich opeens moet omvormen van een model waaraan een rechte rok goed staat, in een figuur waaromheen een ballonvormig, scheefhangend en met ophaalsels voorzien kledingstuk nog enigszins sierlijk staat. Zie tegenwoordig nog maar eens een normale rok te vinden in de winkel.
Nee, ik vind het maar niets. Je zou er zelfs principieel gezien een punt bij kunnen maken. Als reformatorisch smaldeel vallen we toch al op, dus waarom moeten we dan zo nodig meedoen met trends? Waarom ieder jaar andere rokken, blouses en schoenen, als de vorige nog niet versleten zijn?
Oké, we sussen ons geweten door onze medeburgers elders ter wereld op te zadelen met kleding die uit de mode is. Maar laten we wel wezen: als we ons écht betrokken op hen zouden voelen, dan zouden we van de kleding die we voor onszelf kopen twee exemplaren aan moeten schaffen en er dan één in de zak stoppen voor Roemenië. Op die manier stoten we degenen die hun boterham verdienen in de mode, het brood ook niet uit de mond.
Die mode is eigenlijk ook maar een ontkenning van de uniciteit van ieder mens. Laten wij het in onze gezindte nou eens anders aanpakken.
Weg met de trends en dan echt klantgericht met oog voor ieders unieke persoon. Ik zie de advertenties al helemaal voor me: ”Mode voor de ballonvormige vrouw”, of ”Onveranderde snit! Rechttoe, rechtaan”. Lekker makkelijk, dan hoef je voortaan maar naar één winkel, dat scheelt veel tijd en frustraties.
Morgen is het Goede Vrijdag. Vanzelf gaan mijn gedachten naar Hem, Die Zichzelf aanprees als het Levende Brood. Het Brood dat Hij gaf, was Zijn vlees. Hij wilde het geven, zodat wij nooit meer hoeven te hongeren. Naakt hing Hij aan het kruis, zodat benauwden van geest het gewaad des lofs mogen ontvangen.
Bekleed met de klederen des heils, de mantel der gerechtigheid door Hemzelf ons omgedaan, dat staat pas echt sierlijk! Het ontwerp ervan is ouder dan de wereld. En de houdbaarheid is eindeloos. Het is oud en nieuw tegelijk; het is eeuwig.
Dat maakt pas echt gelukkig.
De auteur heeft een managementfunctie in een ziekenhuis.Reageren aan scribent? nietbijbroodalleen@refdag.nl