„Hij is wat groot”, zei Wellink olijk bij de ’overhandiging’ van het eerste exemplaar. Om het kleinood wat nadrukkelijker in beeld te brengen, had waarnemend algemeen directeur Brouwer van de Koninklijke Nederlandse Munt een meer dan levensgrote munt laten binnenrollen. Wellink: „Met de komst van de euro is wat bijzondere aandacht voor de gulden nooit weg.” Voor de munt, ernaast, erachter, met en zonder Wellinck en Brouwer – een tiental fotografen legde het tafereeltje in het hoofdstedelijke hoofdkantoor van DNB vast.

Bij wijze van hoge uitzondering kreeg de Rijksmunt van het ministerie van Financiën toestemming dit jaar een gelimiteerde oplage van de gulden in goud en in zilver uit te geven. Voor een exemplaar van 24 karaats goud moet 397 gulden worden neergeteld, het zilveren exemplaar kost 29,95 gulden. De maximaal 100.000 gouden en 200.000 zilveren muntstukken, beide zijn een wettig betaalmiddel, vormen daarmee het sluitstuk van onze nationale guldenmuntreeks.

„Ik had eerst het voornemen een munt in mijn mond te nemen”, zei Wellink. In de Middeleeuwen was de geijkte methode om een munt op echtheid te beproeven de buigtest. Munt stevig tussen de tanden, en wrikken maar. Vervormt het geldstuk, dan is het goudgehalte in orde. Breekt de munt, dan is het een bros exemplaar van koper. Dat de DNB–directeur gisteren de eerste van de laatste der gouden guldens reeds op het eerste gezicht betrouwbaar achtte, kwam doordat „mijn tanden brosser zijn dan de ergst vervalste gouden munt.”

Belegging
De gulden biedt een vertrouwde aanblik. Gekozen is voor het ontwerp van Bruno Ninaber van Eyben, die met de streepjes en de halve koningin. De munt, sinds 1982 in omloop, baarde destijds door de uiterst onconventionele vormgeving veel opzien – en protest. De adviescommissie oordeelde Ninabers werk als „oorspronkelijk, vernieuwend, duidelijk, doordacht en functioneel.” Daarmee liet de industrieel ontwerper zeven andere inzendingen achter zich. Op de toekomstige munten van 1 en 2 euro blijft het halve portret met het verticale opschrift ”Beatrix Koningin der Nederlanden” gehandhaafd.

De uitlevering van de eerste gouden en zilveren guldens zal begin november plaats hebben. Uiterste besteldatum is de twintigste van die maand. „Zie dit als een herinnering, niet als een belegging”, adviseerde Wellink. In Duitsland, waar in een soortgelijk initiatief een gouden mark werd geslagen, liep het anders. Binnen de kortste keren verviervoudigde de waarde. Alsof het betaalmiddel van onze oosterburen zijn hardheid nog een keer in viervoud mocht onderstrepen.