Ministers uit bijna honderd landen en vertegenwoordigers van internationale organisaties overlegden onder meer over water voor de landbouw, sanitaire voorzieningen, klimaatverandering, overstromingen, droogte en de sociale ongelijkheid in sommige landen waardoor vrouwen genoodzaakt zijn om van ver water te halen. Volgens de deelnemers was de bijeenkomst meer bedoeld om ideeën uit te wisselen dan om beleid te maken.

In de slotverklaring wordt de financiering van waterbeheer aangemoedigd, evenals regionale oplossingen voor waterproblemen. „Water is een drijvende kracht voor duurzame ontwikkeling, inclusief natuurbeheer en de uitroeiing van armoede en honger”, aldus de verklaring.

Veel gedelegeerden, waaronder die van de Europese Unie, Latijns-Amerika en Bangladesh, vonden het slotdocument echter niet ver genoeg gaan. Er staan volgens hen weinig specifieke en harde afspraken in en geen vermelding van de gevaren van klimaatverandering, zoals rijzende zeespiegels, droogtes en overstromingen.

Enkele Latijns-Amerikaanse landen misten uitspraken over de bescherming van de rechten van inheemse volken. De slotverklaring gebruikt het woord ”zouden” op plaatsen waar ”zullen” beter was geweest, zei minister Monyane Moleleki uit Lesotho.

De Amerikaanse delegatie was echter tevreden en wees erop dat de beleidsmakers over nieuwe oplossingen hebben gepraat, waaronder concrete projecten en manieren om die te financieren.

Het bewustzijn dat water een wereldwijd probleem is neemt volgens de gedelegeerden toe. De vraag naar water groeit en daarvoor zijn onvoldoende reserves. Voor arme landen levert de schaarste grotere problemen op dan voor rijke, waardoor de kloof tussen arm en rijk groter wordt.

De voormalige Japanse premier Ryutaro Hashimoto, voorzitter van het Japanse organisatiecomité, kondigde aan dat waterdeskundigen na de oorlog in Irak naar Irak gaan om ervoor te zorgen dat daar voldoende schoon water is.

De Nederlandse regering vindt de afspraken van zondag onvoldoende om de bestaande internationale doelstellingen te halen. In 2015 moet het aantal mensen zonder veilig drinkwater en sanitatie (afvoer en zuivering afvalwater) gehalveerd zijn.

Staatssecretaris Van Ardenne (Ontwikkelingssamenwerking) vindt dat in de ministersverklaring te weinig wordt aangegeven hoe dit bereikt moet worden. Ook andere bewindslieden en deelnemers aan het forum reageerden teleurgesteld op de slotverklaring.

Kroonprins Willem-Alexander, wereldwijd gerespecteerd als waterexpert, uitte eerder al kritiek op de prioriteiten van het waterforum. Hij vindt de internationale doelstellingen een zaak van de Verenigde Naties en had liever gezien dat de discussies in Kyoto „creatiever” en verdergaand waren geweest. Vooral de watercrisis in de landbouw, vooral in derdewereldlanden, verdient volgens hem veel meer aandacht.