Consument

Zonder meetlint een maathemd

Waar vrouwen met gemak een hele zaterdag tientallen winkels afstruinen op zoek naar die ene blouse, krijgt een doorsneeman het al warm bij de gedachte aan het kopen van een nieuw overhemd. Schrikbeelden doemen op. Drentelen voor de rekken, tegenstrijdige adviezen van vrouw en verkoper, worstelen met de knoopjes in een nauw pashokje, steelse blikken van andere klanten bij het wegschuiven van het gordijn. Zien zij de beginnende zweetplekken in het gloednieuwe hemd?

Frank van de Beek
26 March 2010 16:12Gewijzigd op 14 November 2020 10:12
„De meeste mannen willen wel zelf hun overhemd uitzoeken.” Foto's RD, Anton Dommerholt
„De meeste mannen willen wel zelf hun overhemd uitzoeken.” Foto's RD, Anton Dommerholt

Toegegeven, het beeld is vreselijk cliché. Een echte vent strijkt niet alleen zijn overhemd, hij koopt hem ook. Maar de praktijk leert dat het gros van de mannen nog altijd gruwt van winkelen. Een spijkerbroek, ondergoed en sokken kan zijn partner dikwijls nog wel meebrengen. Bij een smaakgebonden overhemd ligt dat lastiger, daarover wil een man toch zelf enige zeggenschap houden.Voor die categorie mannen biedt internet uitkomst. Kledingwinkels zijn er in overvloed. Een kleine zoektocht naar een overhemd levert al snel een keur aan aanbieders op. Eén daarvan is Cape Comfort. Oprichter Jeroen Beumer (41, boordmaat 40): „Ik winkel niet graag en dacht daarom dat ik weinig kritisch was. Een misverstand. In mijn kast hingen vijftien overhemden, terwijl ik er maar vier regelmatig droeg. Als ik vervolgens –lekker makkelijk– nog zo’n favoriet exemplaar wilde kopen, bleek dat de pasvorm net was aangepast.”

Deze ervaring gaf Beumer het zetje om in 2006 met Cape Comfort te beginnen. De webwinkel richt zich vooral op overhemden. Het concept slaat aan en in 2007 haakt ook broer Evert (34, boordmaat 39) aan. Inmiddels is de webwinkel goed voor een omzet van 350.000 euro in 2009, een verdubbeling ten opzichte van 2008.

Bijzonder aan Cape Comfort is de manier waarop het overhemd op maat wordt gemaakt. Een formulier op de site vraagt of bovenlichaam en armen kort, gemiddeld of lang zijn. Gecombineerd met lengte, gewicht, boordmaat en geboortedatum maakt een ingenieuze printer, een plotter in vaktermen, een patroontekening. „Ieder hemd is dus uniek, terwijl er geen meetlint aan te pas komt.”

De printer staat in Tunesië, waar de fabrikant met zijn relatief goedkope kleermakers zetelt. Cape Comfort stuurt slechts de gegevens door. Na ruim twee weken levert een vrachtwagen de bestellingen af. Beumer roemt het gepatenteerde systeem van de fabrikant, waar ook een grote Britse modeketen als Marks and Spencer gebruik van maakt. „In een Engels onderzoek zijn de shirts van Marks and Spencer vergeleken met die van speciaalzaken van Saville Row, de straat in het centrum van Londen, beroemd om zijn maathemden. Onderzoekers kozen blind twee keer zo vaak voor de eerste categorie.”

Beumer maakt dan ook zelden mee dat een overhemd niet past. „Van onze klanten komt 97 procent tot een goed overhemd.” Bij ogenschijnlijk vreemde afmetingen neemt Beumer nog wel eens contact op met de klant. Glimlachend: „Blijkt zo iemand een bodybuilder te zijn met een stierennek en dikke armen, maar een slanke middel.”

Het ontwerpprogramma op de site van Cape Comfort biedt de keuze uit een kleine honderd stoffen en diverse mogelijkheden om het overhemd een persoonlijke look te geven. Platte of dikke knopen, wel of geen borstzakje, korte of lange mouw. Modieus zijn op dit moment de contrasterende boorden en manchetten. Wat te denken van het Friese pompeblèd in de nek of een Delfts blauw motief aan de binnenkant van de mouw? Alles uiteraard tegen meerprijs.

Een beetje hemd kost bij Cape Comfort zo’n 75 euro. Wie kiest voor de duurdere stof en zich te buiten gaat aan alle opties, moet al snel 100 euro neertellen. Daarmee zijn de prijzen vergelijkbaar met die van een geklede confectievariant van bijvoorbeeld Hugo Boss. Ter vergelijking: Een echt maathemd begint bij 120 euro.

Internet ontwikkelt zich verder en daar liften de webwinkels op mee. Was het in 2006 slechts mogelijk om een eenvoudig plaatje van de stof te laten zien, nu past het driedimensionale hemd zich na een druk op de knop direct aan. En de twijfels over de veiligheid van betalen behoren goeddeels tot het verleden. Succesvolle betaalmethoden zoals iDeal zijn daar het bewijs van. „Aan de voorkant maken we gebruik van de techniek, aan de achterkant blijft het ambacht aanwezig.”

Aan internet kleeft wel één probleem: even de vingers over de stof laten glijden is er niet bij. Zelfs met de gratis stofstalen die Cape Comfort op verzoek gratis toestuurt, blijft het behelpen. Maar dat nadeel neemt een winkelschuwe man al snel voor lief.


Webwinkel kleine speler

De concurrentie tussen kledingwebwinkels is enorm. Toch is het aandeel van de internetverkopen nog beperkt. In Nederland behaalde de kledingsector in 2008 zo’n 12 miljard euro omzet. Daarvan was bijna 3 procent afkomstig van webwinkels, zo blijkt uit cijfers van het Hoofdbedrijfsschap Detailhandel.

De groei zit wel in het internetkanaal. Zo lag de waarde van de verkochte kledingstukken in 2005 nog op 182 miljoen euro. Drie jaar later ging het om een bedrag van 353 miljoen. En in de eerste helft van 2009, de meest recente cijfers, staat de teller al op 225 miljoen, zo blijkt uit de Thuiswinkel Markt Monitor, uitgevoerd door Blauw Research.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer