De vereniging stond open voor een schikking, maar heeft de besprekingen moeten staken omdat Veerman onvoldoende meewerkte aan een accountantsonderzoek naar zijn vermogen zoals was afgesproken. Op basis hiervan zou de schadevergoeding aan de slachtoffers worden vastgesteld.

Tijdens de algemene ledenvergadering donderdagavond heeft de belangenvereniging daarom besloten de partijen te dagvaarden die zij verantwoordelijk houdt voor de schade die de slachtoffers hebben geleden. Dit betreft de persoon Jan Veerman, zijn bedrijven J. N. Veerman Horeca BV, Old Dutch BV de V.O.F. Wir War Bar en de gemeente Edam-Volendam.

Voor de BSNV speelde ook mee dat Veerman terugkwam op de toezegging dat hij de twee andere horecagelegenheden in het rampcafé niet zou heropenen. Hij zou het pand ter beschikking stellen aan de slachtoffers, maar onlangs werd bekend dat hij op dezelfde plaats toch weer een café wil beginnen en hiervoor een vergunning had aangevraagd bij de gemeente.

De belangenvereniging vindt bovendien dat Veerman onvoldoende laat blijken dat hij zich het lot van de slachtoffers aantrekt. De BSNV stelt dat hij slechts circa 23.000 euro als impulsgift heeft overgemaakt naar het fonds voor de slachtoffers.

Veermans advocaat, H. Bos, stelt in een reactie op het mislukken van de schikking dat de BSNV „de omgekeerde wereld” wilde, omdat zij over een schadevergoeding wilde praten, terwijl de aansprakelijkheid niet vaststaat. „Zo werkt het niet.”

Bos wijst op het feit dat het niet de eerste keuze was van zijn cliënt om het rampcafé te heropenen. „Hij heeft eerst geprobeerd om een café te beginnen in het naastgelegen pand en in een pand 2 kilometer verderop op een industrieterrein, maar dat is door de gemeente tegengewerkt.”