„Weinig onderzoekers spreken met jeugd”
Hoe ontwikkelt zich de geloofsovertuiging bij jongeren met een orthodox-christelijke achtergrond en bij orthodoxe moslimjongeren? Die vraag gaan twee onderzoekers de komende jaren beantwoorden. „Wij denken dat er overeenkomsten zijn”, zegt dr. Jos de Kock, begeleider van het onderzoek.
Het had wat voeten in de aarde om alles rond te krijgen, maar op 7 december kon de rector van de Protestantse Theologische Universiteit (PThU) meedelen dat zijn universiteit samen met de Universiteit Utrecht (UU) en Driestar Hogeschool promotieonderzoeken start op het gebied van „religieuze educatie in het onderwijs.”Sinds de aankondiging is er veel in gang gezet. „Zo zijn er twee onderzoekers benoemd: Elsbeth Visser en Janneke Westerink. Visser is verbonden aan het lectoraat onderwijs en identiteit van de Driestar en gaat onderzoek doen onder orthodoxe moslimjongeren. Westerink, docente aan Driestar Hogeschool, gaat onder orthodoxe christenjongeren onderzoek doen. Zij zullen vier jaar lang, drie dagen per week aan het onderzoek werken”, licht de copromotor toe.
De onderzoekers worden verder begeleid door prof. dr. Cok Bakker (UU) en prof. dr. Marcel Barnard (PThU), leider van het Onderzoekscentrum voor Jeugd, Kerk en Cultuur (OJKC).
Centrale vraag in de studie is: Hoe verloopt de religieuze identiteitsontwikkeling onder gelovige jongeren? „Wij gaan een geselecteerde groep jongeren van ongeveer 22 jaar vragen om terug te blikken op hun identiteitsontwikkeling tussen hun veertiende en hun twintigste jaar”, vertelt De Kock. „Wat waren belangrijke gebeurtenissen die je vormden? Wat is jouw religieuze identiteit?”
Mogelijk zullen kleine enquêtes deel uitmaken van de studie, maar het accent ligt op de gesprekken met jongeren. „Er wordt veel geschreven over jongeren. Wij willen hen zelf aan het woord laten”, zegt De Kock.
De onderzoeksgroep is onder meer benieuwd naar de invloed van ontwikkelingen in de maatschappij op jongeren. „Welke invloed heeft de secularisering op hen en op het gezin? En wat doet de individualisering met jongeren? Hoe krijgt die haar beslag in hun identiteitsontwikkeling? Daar weten we te weinig van.”
Er is veel gaande onder jongeren, merkt De Kock, die bestuurslid is van de jongerenorganisatie HGJB. „We hebben het vaak over individualisering onder jongeren. Ik constateer echter ook dat er tegenbewegingen gaande zijn. Jongeren komen misschien minder in de kerk, toch zoeken ze elkaar op. Niet altijd op de jeugdvereniging, maar bijvoorbeeld via internet, op webfora.”
De resultaten van het onderzoek zullen vertaald worden naar de praktijk van het onderwijs en het jeugdwerk, zegt De Kock. „Processen zoals de secularisering hebben ook gevolgen voor de catechese, het jeugdwerk, het onderwijs. Dat is ook een van de redenen waarom Driestar Hogeschool meedoet aan het onderzoek. Bovendien komen studenten die aan Driestar Hogeschool afstuderen steeds vaker op scholen terecht waar allerlei culturen de klassen bevolken. Er zijn leerkrachten die op een protestants-christelijke school werken, maar vooral moslimkinderen in de klas hebben. Zij moeten de achtergrond van die kinderen begrijpen”, zegt De Kock, die onderwijskundige en theoloog is en aan de PThU en bij Driestar Educatief werkt.
De onderzoekers zijn benieuwd of er lessen te trekken zijn uit de vergelijking van de twee studies: Welke verschillen en overeenkomsten zie je in de religieuze identiteitsontwikkeling van christenjongeren en jonge moslims? „In het publieke debat worden die groepen toch al vaak over één kam geschoren. Wij willen daar een antwoord op formuleren.”
De Kock mijdt in het interview bewust een associatie met het debat dat Wilders op gang heeft gebracht. „Wij willen feitelijk onderzoek doen naar de geloofswereld van jongeren, los van de politieke discussie die gaande is. Moslims zijn ook gewone mensen. Ze wonen naast je.”