De vier begonnen in juli 2008 in samenwerking met het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) met een proef met opvangplekken voor mannen die het slachtoffer waren van deze vormen van geweld. Elke stad realiseerde tien opvangplekken.Van de driehonderd mannen die zich meldden, werden er negentig ook daadwerkelijk opgevangen. De helft van deze groep was het slachtoffer van huiselijk geweld, de rest van eergerelateerd geweld of mensenhandel.

De vier grote steden begonnen met het project omdat er te weinig opvang was voor bedreigde mannen. Ook wilden ze een idee krijgen van hoeveel mannelijke slachtoffers er zijn. De opvangplekken zijn overigens bestemd voor mannen uit het hele land.

De proef loopt nog tot eind dit jaar. Het ministerie van VWS beslist later of er daarna een vervolg komt.