Douwe Egberts had de gemeenten voor de rechter gedaagd, omdat het bedrijf meent dat zij in de aanbesteding te strikte eisen op het gebied van duurzaamheid stellen. Daaraan voldoen alleen leveranciers die met het Fair Trade–keurmerk zijn gecertificeerd. Douwe Egberts voert dit keurmerk niet en stelt daardoor bij voorbaat kansloos te zijn in de uitgeschreven aanbestedingsprocedure. Die draait om een zesjarig contract voor levering en onderhoud van warmedrankenautomaten en bijbehorende producten.In de aanbestedingsprocedure eisen de gemeenten onder meer dat leveranciers de koffieboeren een kostendekkende minimumprijs garanderen, daar bovenop een premie uitkeren en voorfinanciering aanbieden.

Volgens Douwe Egberts gaan de gemeenten daarmee hun boekje te buiten, omdat dit voorwaarden zijn waaraan alleen leveranciers voldoen die door Fairtrade Labelling Organizations International (FLO) zijn gecertificeerd met het Fair Trade keurmerk. Het bedrijf is zelf aangesloten bij Utz Certified, een keurmerk dat volgens Douwe Egberts minimaal gelijkwaardig is aan dat van de FLO.

Volgens de voorzieningenrechter heeft de koffieproducent dit laatste echter niet aannemelijk kunnen maken. Hij stelt verder dat de voorwaarden van de gemeenten worden onderschreven door het Europese parlement, de Europese Commissie en de Nederlandse regering. Ze zijn daarmee aanvaardbaar, aldus de voorzieningenrechter.

Douwe Egberts reageerde donderdag teleurgesteld op de uitspraak. Het bedrijf blijft erbij dat de gemeenten handelen in strijd met de regels voor overheidsaanbestedingen. Stichting Max Havelaar, die in Nederland met het Fair Trade keurmerk werkt, is tevreden. De wens van de twee gemeenten via eerlijke handelsvoorwaarden bij te dragen aan armoedebestrijding en duurzame ontwikkeling in arme landen is gehonoreerd, aldus directeur Peter d’Angremond.