Buitenland

Voorbereidingen op stromen vluchtelingen

Hulporganisaties verwachten in het geval van een oorlog tegen Irak honderdduizenden vluchtelingen. Het Hoge Commissariaat voor de Vluchtelingen (UNHCR) houdt rekening met 600.000 vluchtelingen of meer.

AP
19 March 2003 09:51Gewijzigd op 14 November 2020 00:12

De Duitse organisatie Welthungerhilfe zei dinsdag dat voorbereidingen worden getroffen voor hun opvang aan de Iraaks-Jordaanse grens. In Syrië zijn inmiddels ongeveer 40.000 Irakezen aangekomen.

UNHCR-woordvoerder Ron Redmond zei te verwachten dat ongeveer 300.000 vluchtelingen richting Iran zullen trekken en 150.000 richting Turkije. Redmond zei dat zijn organisatie om 60 miljoen dollar heeft gevraagd voor de eerste drie maanden, maar dat slechts 20 miljoen dollar is ontvangen.

Woordvoerder Ehrler van Welthungerhilfe in Bonn zei dat sinds januari vanuit Amman in Jordanië wordt gewerkt aan logistieke voorzieningen, zodat snel drinkwater, levensmiddelen, kookgerei en dergelijke naar het grensgebied kunnen worden gebracht. Volgens Ehrler zullen vermoedelijk al snel na het uitbreken van de vijandelijkheden duizenden vluchtelingen de grens met Jordanië over trekken. Jordanië en Iran zijn volgens hem de landen die de grootste vluchtelingenstromen te verwerken zullen krijgen.

Het Internationale Comité van het Rode Kruis (ICRC) kondigde aan dat het zijn werkzaamheden in Irak ook na een Amerikaans-Britse invasie zal voortzetten. Het ICRC heeft een kern van tien internationale stafleden in Irak, samen met ongeveer honderd Iraakse werknemers. Ongeveer twintig buitenlandse hulpverleners zijn de afgelopen weken uit Irak vertrokken, maar werken in de omliggende landen en zijn bereid indien nodig terug te keren, aldus een ICRC-woordvoerder.

Het Rode Kruis leidt programma’s voor voedselvoorziening en gezondheidszorg in Irak en werkt nauw samen met hulporganisaties van de Verenigde Naties. De VN kondigden maandag aan dat zij hun laatste buitenlandse medewerkers uit Irak weghaalden.

Het Wereldvoedselprogramma (WFP) zei dat een van de grootste zorgen is wat er zal gebeuren met de Irakezen nu het olie-voor-voedselprogramma wordt gestopt. Bijna alle Irakezen profiteren van het programma en ongeveer 60 procent is er volledig afhankelijk van, zei woordvoerster Christiane Berthiaume. „Wij schatten dat de bevolking voor ongeveer zes weken voedsel heeft. Maar als deze mensen moeten vluchten, is het niet zeker of zij voorraden eten mee kunnen nemen”, zei Berthiaume.

Het WFP heeft voor ongeveer 32.000 ton aan voedsel gedistribueerd in de landen rond Irak, voldoende om ongeveer 900.000 mensen tien weken te voeden of 2 miljoen mensen een maand.

UNICEF, dat vooral actief is voor vrouwen en kinderen, zei dat het er in is geslaagd om de meeste benodigde fondsen binnen de VN te vinden, maar dat veel meer kan worden gedaan als er meer geld binnenkomt.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer