Christelijk kabinet
Je leest er momenteel niets over. Zou niemand het door hebben? De ChristenUnie schreeuwt het niet van de daken. D66 staat niet op zijn achterste benen. En toch is het een onweerlegbaar feit: Nederland heeft sinds ongeveer een week een 100 procent christelijk kabinet. Best bijzonder, toch?
Bijzonder wel, uniek niet. Voor de Tweede Wereldoorlog kwam dit regelmatig voor. Nederland kende nog een ruime christelijke meerderheid, wat zich vertaalde in het parlement en in kabinetten. Neem bijvoorbeeld het kabinet-Colijn IV (1937-1939), dat volledig bestond uit ministers van ARP, CHU en RKSP.Ook na 1945 kent ons land nog af en toe –zij het voor zeer korte perioden– zuiver christelijke kabinetten. Neem bijvoorbeeld het tussenkabinet Zijlstra (november 1966-april 1967).
Dat geen enkele seculiere opinieleider er de vinger bij legt dat Nederland momenteel geregeerd wordt door louter christenen, zal echter niet komen doordat seculiere schrijvers zo veel historische kennis hebben dat ze relativerend denken: Ach, we hebben het vaker meegemaakt. De reden van de grote stilte is ongetwijfeld dat iedereen weet: ze kunnen toch niets klaarmaken.
De Abortuswet terugdraaien? Gauw het homohuwelijk afschaffen? Nog afgezien van het feit dat het CDA dit helemaal niet wil, is het ook volstrekt onmogelijk. We hebben te maken met een demissionair kabinet, dat bij lange na niet steunt op een Kamermeerderheid. En dan houdt alles, politiek gesproken, op. Christelijke ministers mogen, eventjes, op de winkel passen. That’s it.
Rechterschouder
Vicepremier en ChristenUnieleider Rouvoet liet de afgelopen dagen op verschillende momenten zijn licht schijnen op de kabinetscrisis. Daarbij was hij scherp in de richting van de PvdA. Dat is opmerkelijk, niet alleen omdat Rouvoet persoonlijk altijd goed kon opschieten met PvdA-voorman Bos, maar ook omdat in de coalitie Rouvoet het vaker eens was met Bos dan met Balkenende.
Volgens Rouvoet werd het motto van het kabinet ”Samen leven, samen werken” „te veel overstemd door politiek strategisch gedrag en gerichtheid op partijbelangen.” Het CDA heeft erg moeten wennen dat het beleid van de vorige kabinetten voorbij was en „begon de laatste maanden ook alweer over de rechterschouder te kijken”, zo zei Rouvoet zaterdag in Utrecht. „De PvdA stond al snel op zo’n groot verlies dat ze zich daar meer zorgen over leek te maken dan over het slagen van het kabinetsbeleid.”
In Maastricht zei Rouvoet het nog scherper. De ChristenUnieleider toonde zich daar teleurgesteld over het opstappen van de PvdA-bewindslieden. Daarom kan hij het niet goed hebben dat de PvdA nu ineens spreekt over bezuinigen met behoud van solidariteit. Want als er een kabinet was dat dit zou kunnen realiseren, dan was dat Balkenende IV. Door de breuk is de kans op een nieuw centrumlinks kabinet „buitengewoon klein.” Door te breken heeft de PvdA de kans op een centrumrechts kabinet „aanzienlijk vergroot.”
Minister Donner van Sociale Zaken memoreerde dezer dagen nog een bekende slogan die zeer wel van toepassing is op de handelwijze van de PvdA: „Een politicus kijkt niet verder dan de volgende verkiezingen, maar een staatsman kijkt naar de toekomst.”
Balkenende
Het CDA-partijbestuur was er enkele uren na de kabinetscrisis als de kippen bij om premier Balkenende naar voren te schuiven als kandidaat-lijsttrekker. Op geen enkele wijze zou de gedachte mogen postvatten dat de CDA-top Balkenende als schuldige van de kabinetscrisis zou zien.
Maar ondertussen groeit wel de kritiek. De beweging Christelijke Koers CDA is het eens met het CDJA in Maastricht, die de stap van het partijbestuur afkeurt omdat Balkenende met de drie voortijdig ten val gekomen kabinetten bepaald geen stabiliteit uitstraalt.
Ook onder boeren doet Balkenende het minder goed. Uit een onderzoek van weekblad Boerderij bleek dat 53 procent van de boeren Balkenende beu is. Bijna 40 procent ziet hem wel graag terug als premier.
Een grote minderheid van de CDA-leden wil na zo’n tien jaar Balkenende aan de top ook wel iets anders. Ruim vier op de tien CDA’ers geven de voorkeur aan een andere kandidaat, zoals de Limburgers Eurlings of Verhagen. Ook de relatieve nieuwkomer De Jager, deze week gepromoveerd van staatssecretaris tot demissionair minister van Financiën, is populair.
Ook binnen de CDA-fractie was er enige verbazing over de snelle kandidatuur, maar ze steunt het besluit wel. Daarmee lijkt Balkenende wel verzekerd van de eerste plaats op de CDA-lijst, maar uiteindelijk zal het CDA-congres het besluit moeten nemen. „Er is geen tijd voor een interne discussie omdat de verkiezingen al zo snel zijn”, zegt een CDA-Kamerlid. Op naar Balkenende V dus.
Kopstukken
De politieke crisis van dit moment is de crisis van de politieke leiders. Die conclusie trok de Volkskrant zaterdag uit een onderzoek dat de krant heeft gedaan.
„Géén van de huidige politieke kopstukken kan rekenen op veel vertrouwen als mogelijk minister-president”, schreef de krant. Slechts een kwart van de kiezers heeft veel tot zeer veel vertrouwen in CDA-leider Balkenende als premier. In november 2006, rond de toenmalige Kamerverkiezingen, was dat nog 51 procent. Zijn uitdager Bos (PvdA) doet het niet veel beter. Hij zakte van 44 naar 34 procent.
Voor hun opvolgers is evenmin veel steun. Slechts 14 procent van de kiezers vindt het aantrekkelijker om op het CDA te stemmen als demissionair minister van Buitenlandse Zaken Verhagen die kar zou trekken. En slechts 20 procent denkt dat PvdA’er Cohen een betere premier zou zijn dan Bos.
De oppositie doet het niet veel beter. Ongeveer 35 procent van de mensen ziet D66-leider Pechtold wel zitten als premier. Bij Halsema (GroenLinks) is dat 29 procent, bij Rutte (VVD) 25 procent, bij Wilders (PVV) 18 procent en bij Kant (SP) 16 procent.
En ChristenUnieleider Rouvoet dan? In 2006 had 34 procent van de mensen nog (zeer) veel vertrouwen in hem als premier, nu is dat nog maar 21 procent.
Van SGP’ers is de score niet gemeten. Dat blanco profiel biedt Van der Staaij een uitgelezen kans zich te presenteren als premier die boven alle partijen kan staan.
Agenda
De Tweede Kamer houdt morgen onder meer een spoeddebat over het aantal agenten. Woensdag zijn er geen vergaderingen in verband met de gemeenteraadsverkiezingen. Het grootste deel van de donderdag is gereserveerd voor een debat over de nieuwe staatkundige verhoudingen met de Antillen.
De verwachting is dat de Kamer deze week bepaalt welke onderwerpen in verband met de kabinetscrisis niet meer worden behandeld. Dat zal leiden tot een uitgeklede Kameragenda.