Open gesprek ‘Zondagsrust’ met kroonprins
Het bestuur van de Nederlandse Vereniging tot bevordering van de Zondagsrust en Zondagsheiliging heeft vorig jaar september een open gesprek gehad met prins Willem-Alexander en prinses Máxima. Het bestuur is daarbij ingegaan op de besteding van de zondag door het Koninklijk Huis.
Dat stelde voorzitter D. van der Sluis zaterdag op de jaarvergadering in Barneveld. Het bestuur heeft anderhalf uur gesproken met het prinselijk paar. Het deed het prinselijk paar goed om te horen dat door verschillende predikanten in Nederland het Koninklijk Huis werd opgedragen in het gebed. Het paar liet echter weten dat zij een meer sociale opvatting van de zondag hebben, namelijk als een dag van rust. Het bestuur benadrukte dat zodra God een mens bekeert, hij eerbied krijgt voor de dag des Heeren.Het bestuur sloot de ontmoeting af met het lezen van Psalm 92 (het sabbatslied) en gebed. Van der Sluis had goede herinneringen aan het gesprek, al was hij niet gerust op het vervolg. „Het prinselijk paar zit momenteel bij de winterspelen in Vancouver. Bovendien was prinses Máxima in de week dat het bestuur met haar sprak, aanwezig bij de opening van een museum in België op zondag. Maar de verantwoording ligt nu bij hen, ondanks onze tekorten. Wij hebben echter wel werk meegekregen, omdat wij de gelegenheid hebben hen op te dragen aan de troon Zijner genade.”
De vereniging kreeg er 1448 nieuwe leden bij; door overlijden, bedanken en andere redenen moest echter eveneens een fors aantal worden uitgeschreven. Was het ledental op 1 januari 2009 25.042, op 31 december 2009 is dat gestegen tot 25.613.
Het boek ”Een lied op den sabbatdag, deel 2”, een bundel met korte verhalen over de heiliging van de rustdag, werd aan alle leden gratis toegezonden. Ook de bestaande lesbrief werd veel besteld, met name door ouders.
Het afgelopen jaar leverde een negatief resultaat op van ruim 22.000 euro, zo liet penningmeester L. Vogelaar weten. De belangrijkste oorzaak voor het negatief resultaat was het uitgeven van een tweede boekje over de zondag. Het eigen vermogen is eveneens kleiner geworden, hoewel er ook vorig jaar weer veel giften waren binnengekomen, evenals legaten.
Voor het behouden van een verklaring Algemeen Nut Beogende Instelling was het nodig dat het vermogen in verhouding tot de werkzaamheden van de vereniging niet te hoog is. Vogelaar: „We zijn er dan ook in ons beleidsplan van uitgegaan dat het vermogen teruggebracht zal worden tot een wat lager niveau. Er is echter nog steeds voldoende vermogen aanwezig om menselijkerwijs gesproken de werkzaamheden van de vereniging voort te zetten.”
Tijdens de rondvraag betreurde iemand het dat er elke keer minder leden naar de jaarvergadering komen, bovendien dat er ook zo weinig jongeren aanwezig zijn. Een aanwezige stelde voor de jaarvergadering een andere invulling te geven, om jongeren meer aan te spreken. Kunnen we niet jeugdverenigingen of SGP-jongeren daarbij inschakelen? Een andere aanwezige was echter beducht voor het loslaten van het beginsel.
Ds. W. J. op ’t Hof, hersteld hervormd predikant te Urk, sprak een slotwoord over Heidelbergse Catechismus, zondag 38, over het vierde gebod, met name de laatste woorden „en alzo de eeuwige sabbat in dit leven aanvange.” „Kunnen wij zeggen dat wij met God verzoend zijn, op goede gronden? We kunnen druk zijn om de dag des Heeren, en dat is goed, maar zullen we ook de eeuwige dag des Heeren beleven? Een echte zondag is er pas als er zicht mag zijn op de eeuwigheid”, aldus ds. Op ’t Hof.