De Kamer vergadert woensdagavond met staatssecretaris Van Bijsterveldt over de situatie in het middelbaar beroepsonderwijs. Belangrijk thema is de lijst met 64 zeer slecht presterende opleidingen, die de staatssecretaris vorige week op internet heeft geplaatst. Problemen zijn de slechte kwaliteit van de lessen, enorme lesuitval en geen of onvoldoende stagebegeleiding.Het probleem zit niet primair bij de politiek, zegt VVD-Kamerlid Dezentjé Hamming. „Het zijn vooral de schoolbesturen die hun plicht moeten doen. Als leerlingen een jaar lang helemaal geen Nederlands of Engels krijgen, is er natuurlijk iets goed mis. En als op een normale lesdag op een school in Amsterdam 60 procent van de leerlingen afwezig is, ook. Maar dat kunnen wij in Den Haag niet allemaal regelen. De eerste verantwoordelijkheid ligt bij de schoolbesturen. Wel wil ik van de staatssecretaris weten wat haar overleg met de roc’s tot nu toe heeft opgeleverd.”

Het VVD-Kamerlid zal de staatssecretaris ook vragen een einde te maken aan de zogeheten drempelloze instroom vanuit het vmbo. „Iedereen kan nu, zonder een voorkwalificatie, het mbo in. Dat verklaart wellicht mede de grote uitval. Misschien moeten we toch toe naar een soort eindexamen voor het vmbo.”

CDA-Kamerlid Biskop is daar beslist niet voor te porren. „Ik vind het juist heel mooi dat iedereen die wil naar het mbo kan. Dat de drempelloze instroom soms problemen geeft, is waar, maar er zijn ook veel roc’s die dit goed weten te hanteren. Laten we dus eerst eens kijken hoe die verschillen zijn ontstaan. En laten de slechte scholen van de goede proberen te leren.”

Biskop vindt het zorgelijk dat 64 opleidingen zo slecht presteren, maar waarschuwt ervoor alle mbo’s over één kam te scheren. „Ik kom heel vaak op roc’s en zie dan veel mooie scholen waar leerlingen prachtige diploma’s behalen. Die 64 zijn er natuurlijk 64 te veel, maar vergeet niet dat het gaat om een totaal van 11.000.” Het reformatorische Hoornbeeck College bijvoorbeeld, behaalt zeer goede resultaten.

Niettemin: „Het middelbaar beroepsonderwijs behoort goed te zijn”, stelt Biskop. „Het zijn nu in de eerste plaats de scholen die aan zet zijn. Het zou niet eerlijk zijn alle pijlen op de staatssecretaris te richten. Door haar weten we precies welke scholen slecht zijn. Die moeten nu verbeteringen doorvoeren. Zo moeten ze absoluut de minimumnorm van 850 lesuren per jaar halen.”

Zuchten

Wat in elk geval niet de oplossing is, zijn nog meer nieuwe regels, vindt PvdA-Kamerlid Depla. „Dat hebben we van de commissie-Dijsselbloem geleerd. Nog meer nieuwe regels, daar zouden ook de goed presterende scholen onder gaan zuchten. De scholen zelf moeten het nu gaan doen.” Aan het geld mag het niet liggen, vindt Depla. „Let wel: ik vind niet dat ze geld te veel hebben. Bij de brede heroverwegingen (de megabezuiniging die het kabinet deze zomer wil doorvoeren, red.) hoeven zij wat mij betreft niet getroffen te worden. Maar ze moeten het geld wel goed besteden. Dat veel mbo’s dat doen, bewijst dat ook andere het moeten kunnen.” Als opleidingen langere tijd zeer slecht presteren, moeten ze desnoods maar gesloten worden, vindt de PvdA’er. „Leerlingen hebben nu eenmaal recht op goed onderwijs. Punt uit.”