Geen verveling tijdens vorstverlet
Kou, sneeuw en ijzel; ze hielden een aantal weken achtereen grimmig huis in Nederland. Rein-Jan Hulsman (22) uit Leersum –werkzaam bij een grondverzetbedrijf– zat noodgedwongen thuis. Hoewel? Stilzitten was er niet bij. En vervelen, ho maar.
Zijn huis oogt keurig. Opvallend verzorgd voor een mannenhuishouding. Niet zonder trots bekijkt Rein-Jan het resultaat van een zeldzame schoonmaakwoede. „Ik had er nu tenminste tijd voor”, grijnst hij. Maar een hobby zal het nooit worden. Zo veel ziet Rein-Jan z’n riante woonvertrek in het bosrijke Leersum niet vanbinnen. Weer of geen weer, hij is praktisch altijd buiten te vinden.De twintiger is daarom maar wat blij dat de dooi inmiddels heeft ingezet. Amper een dag is hij weer aan het werk voor zijn werkgever, een grondverzetbedrijf in Scherpenzeel. „Dat voelt best goed”, bekent hij. Rond de Kerst zakte de gevoelstemperatuur al snel naar min 6 graden Celsius; dé temperatuur die bouwvakkers recht geeft op vorstverlet. „Het is dan ook gewoonweg onmogelijk om buiten te werken”, legt Rein-Jan uit. „„Door de vorst kan de schop de grond niet in. Water- en gasleidingen vriezen kapot en straten klinken in door het vochtige zand.”
Met een hoveniersdiploma op zak kent Rein-Jan de fijne kneepjes van het buitenwerk. Toen er geen werk meer was door de economische crisis, tipte iemand hem om te solliciteren bij het grondverzetbedrijf. Sinds oktober werkt hij er met plezier. „Straten, kraanrijden, dakdekken, grondwerken bij snelwegen enzovoorts”, somt Rein-Jan zijn takenpakket op.
Vanaf Kerst droogden de klussen op. „Ik heb verschillende bedrijven gebeld of ze binnenwerk voor me hadden, maar dat geven ze uiteraard niet weg als ze zelf om werk verlegen zitten.” De financiële gevolgen van de vorstperiode moeten niet onderschat worden, weet Rein-Jan. „Gelukkig kan ons bedrijf zich staande houden. Maar je hoort dat veel bouwprojecten al weken stilliggen. Dat betekent dat ondernemingen fikse verliezen lijden. Dat is heftig.”
Nauwlettend volgde Rein-Jan dag in dag uit de weersvoorspellingen via internet. „Het kan vriezen, het kan dooien. Letterlijk. Ik wist de laatste weken niet waar ik aan toe was. Het voelt ook dubbel; je wilt werken, maar het kan niet, terwijl het werk voor anderen gewoon doorgaat als ze de verwarming een graadje hoger zetten.”
Tijd om zich te vervelen had Rein-Jan echter niet. „Vervelen? Wat is dat?” En stilzitten? De harde werker peinst er niet over. Hij wijst naar het terrein om zijn huis. „Struiken snoeien, haardhout kloven; de afgelopen periode ben ik misschien nog wel drukker geweest dan normaal. Ik zet me in voor jongerenavonden. Het transport van beamers, boeken, enzovoorts is mijn ding – daar kon ik me nu nog meer voor inzetten. En ik nam bewuster tijd voor belangrijke zaken zoals Bijbellezen en Bijbelstudie.”
Of de dooi doorzet, blijft spannend. „In het buitenwerk ben je afhankelijk van het weer. Nee, ik zeg het verkeerd, we zijn afhankelijk van God, onze Schepper. Hij houdt alles in Zijn hand. Wij maken ons druk om dingen die we zelf niet kunnen bepalen. God weet wat goed voor ons is. Mooi, hè?”