Cultuur & boeken

Voorbij de laatste stad

De uiterste seconde tussen leven en dood. Hans Werkman heeft er honderd gedichten over verzameld, die een plaats kregen in de bloemlezing ”Waar ga je heen nu het uur is gekomen?”

Enny de Bruijn
12 March 2003 14:16Gewijzigd op 14 November 2020 00:11

Bijzonder, dat Hans Werkman -toch bij uitstek de vertegenwoordiger van de christelijk-literaire wereld- een bloemlezing mag samenstellen voor uitgeverij Prometheus. Hoe kies je als christen gedichten voor een seculier publiek? Werkman doet het zo: geen bloemlezing van louter christelijke poëzie, wél buitensporig veel aandacht voor bekende en minder bekende christelijke dichters.

Dat Ida Gerhardt, Martinus Nijhoff en Gerrit Achterberg vertegenwoordigd zijn, spreekt vanzelf. Maar Werkman durft het ook aan om gedichten op te nemen van Hein de Bruin, J. J. Buskes, Geerten Gossaert, Jo Kalmijn-Spierenburg, Inge Lievaart, Willem de Mérode, Jacqueline van der Waals en Jaap Zijlstra - om maar wat namen te noemen. Verrassend dus, deze bloemlezing.

Dat wil overigens niet zeggen dat dit een bundel stichtelijke verzen is. De meeste dichters geven absoluut geen antwoord op de vraag uit de titel: Waar ga je heen nu het uur is gekomen? Ze beschrijven het moment van de dood -dat is het thema dat Werkman gekozen heeft-, zonder meer. Naast Koos Geerds, Lenze Bouwers en Huub Oosterhuis staan dus Simon Vestdijk, Eva Gerlach en Hans Andreus. Allemaal dichters van de twintigste eeuw, want ook dat is een beperking die de samensteller zich gesteld heeft. Met de landsgrenzen is hij minder strikt geweest: twaalf Vlamingen en vijf Zuid-Afrikanen kregen een plek in de bundel.

Het thema staat garant voor aangrijpende poëzie. Veel tranen, maar soms ook een glimlach. Naast tal van verzen over het menselijke uiteinde ook een paar gedichten over het sterven van dieren.

Niet alles is even indrukwekkend -„vertel mij nog eens dat ik heus doodga/ zo lekker als ik eens deed in Japan” (Vroman)-, maar tegenover zo’n enkele banale regel staan tal van prachtige, klassieke verzen over de dood. Zoals het gedicht van Achterberg: „Aan het roer die avond stond het hart/ en scheepte maan en bossen bij zich in/ en zeilend over spiegeling/ van al wat het geleden had/ voer het met wind en schemering/ om boeg en tuig voorbij de laatste stad.”

voetnoot (u17(”Waar ga je heen nu het uur is gekomen? De uiterste seconde tussen leven en dood in honderd gedichten uit de Nederlandse literatuur”, samenstelling Hans Werkman; uitg. Prometheus, Amsterdam, 2003; ISBN 90 5713 763 1; 136 blz.; € 7,-.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer