De Hoge Raad veegt een oordeel van het gerechtshof in Den Haag uit 2008 van tafel. Het Haagse gerechtshof sprak de zeven leden van de Hofstadgroep toen vrij van deelname aan een terroristische organisatie die onder meer tot doel had het verspreiden van opruiende geschriften, aanzetten tot haat en bedreiging met een terroristische misdrijf.Het hof vond destijds dat de groep moslimmannen te weinig gestructureerd was om te kunnen spreken van een terroristische organisatie. De Hoge Raad gaat daar niet in mee en vindt dat het hof te strenge eisen stelt. Ook heeft het hoogste rechts­college kritiek op de zienswijze van het hof dat er slechts sprake is van aanzetten tot haat als de uitingen zijn gericht tegen een kwetsbare minderheidsgroepering. Die opvatting, aldus de Hoge Raad, vindt geen steun in de wet.

Leden van de Hofstadgroep kwamen bij Mohammed B., de moordenaar van Theo van Gogh, over de vloer. Bij de jongemannen is zeer extremistische, islamitische lectuur gevonden.

Twee leden van de Hofstadgroep, Jason W. en Ismaïl A., veroorzaakten daags na de moord op Theo van Gogh nationale commotie. Speciale eenheden belegerden in Den Haag urenlang een woning waarin de twee zich hadden verschanst. Jason W. gooide een granaat naar leden van een arrestatieteam. Vier politiemensen raakten gewond. W. kreeg vijftien jaar cel voor een vijfvoudige poging tot moord. Zijn handlanger Ismaïl A. kreeg van het Haagse gerechtshof vijftien maanden cel voor het bezit van handgranaten. Die veroordelingen blijven in stand en spelen geen rol in het nieuwe proces dat het gerechtshof in Amsterdam gaat voeren.

Eerder veroordeelde de Rotterdamse rechtbank Ismaïl A. nog tot dertien jaar celstraf.

Een ander bekend lid van de Hofstadgroep is Nouredine el F. Hij werd in 2005 in Amsterdam met een doorgeladen machinepistool aangehouden. In 2004 werd El F. in Portugal bij het |Europees kampioenschap voetbal opgepakt, omdat er vermoedens bestonden dat hij een aanslag zou plegen.

Advocaat Victor Koppe, die twee van de zeven Hofstadgroep-verdachten verdedigt, betreurt de beslissing van de Hoge Raad dat het proces opnieuw moet worden gevoerd. „Dit is in hoge mate frustrerend. Ik kan dat mijn cliënten niet uitleggen. Het oordeel van het gerechtshof in Den Haag is na uitgebreid onderzoek gevormd. De beslissing was toen heel goed geformuleerd en gemotiveerd. Het is in Nederland kennelijk moeilijk verteerbaar dat verdachten in dit soort zaken worden vrijgesproken.”

Het openbaar ministerie is tevreden dat de Hoge Raad heeft geoordeeld dat het Amsterdamse gerechtshof de zaak tegen zeven Hofstadgroepverdachten opnieuw onder de loep moet nemen.

Het OM was het destijds niet eens met de vrijspraak van deelname aan een terroristische organisatie en ging daarom in cassatie bij de Hoge Raad. Volgens het OM is wel degelijk duidelijk geworden dat de verdachten terreuraanslagen wilden plegen.

Tijdens het Hofstadproces in 2006 betoogden de aanklagers mr. J. Plooy en mr. A. van Dam dat mannen als Jason W., Ismaïl A. en Nouredine el F. uit waren op de gewapende strijd tegen „ongelovigen.” „Geweld is voor hen een heilige plicht. Ze waren bereid de martelaarsdood te sterven.” Jason W. liet een afscheidsbrief achter in een computer, voorafgaand aan een reis naar Pakistan.