De demonstranten vrezen dat zo’n invasie een eind zou maken aan het zelfbestuur dat de Iraakse Koerden sinds de Golfoorlog van 1991 in Noord-Irak uitoefenen.

„Wij roepen de Europese en de internationale gemeenschap ertoe op de democratische ontwikkeling in Iraaks Koerdistan te beschermen en te steunen”, aldus een verklaring van de organisatoren.

Turkije is bang dat de val van de Iraakse president Saddam Hussein zal leiden tot het uitroepen van een onafhankelijke Koerdische staat en een nieuwe opstand van de Turkse Koerden in Zuidoost-Turkije. Als er een oorlog tegen Irak uitbreekt wil het tienduizenden manschappen naar Noord-Irak sturen. Vrijdag werden alvast tanks, artillerie en legervoertuigen bij de grens samengebracht.

De demonstranten in Brussel ontkenden dat de Iraakse Koerden op onafhankelijkheid uit zijn en vroegen in hun verklaring om steun voor Koerdische „zelfbeschikking binnen een federatief Irak.”

De spanningen tussen de Koerden en Turkije vormt een probleem voor de Verenigde Staten, die voor een oorlog tegen Irak eigenlijk beide partijen nodig hebben. De Amerikaanse onderminister van Buitenlandse Zaken Marc Grossman waarschuwde Turkije vrijdag Noord-Irak niet op eigen houtje binnen te vallen.

Een functionaris van de Patriottische Unie van Koerdistan (PUK), een van de twee Koerdische groepen die het in Noord-Irak voor het zeggen hebben, heeft vrijdag in Ankara met Turkse regeringsvertegenwoordigers overlegd. Ook hij waarschuwde tegen eenzijdige stappen van Turkije, al had hij in Ankara de verzekering gekregen dat het niet de bedoeling is de Koerdische autonomie om zeep te helpen.

De VS willen minstens 60.000 manschappen in Turkije stationeren om een tweede front tegen Irak te kunnen openen. Als er Turkse militairen mee naar Irak gaan, zouden zij het liefst zien dat deze onder hun gezag komen te staan. De Turkse strijdkrachten willen daar echter niets van weten en het Turkse parlement gaf vorige week niet eens toestemming voor de komst van de Amerikanen. De regering in Ankara legt zich daar niet bij neer en zegt het voorstel opnieuw in stemming te zullen brengen.