De premier van de Bosnische Serviërs, Milorad Dodik, reageerde gepikeerd op het Kroatische dreigement. Hij noemde de uitspraken van Mesic „klassiek ophitsend” en vroeg de internationale gemeenschap en de NAVO om zich van de opmerkingen te distantiëren.Politieke leiders in Banja Luka, de hoofdstad van Republika Srpska, zinspelen al tijden op een referendum. Ze willen breken met de Moslim–Kroatische Federatie, waarmee ze nu nog Bosnië–Herzegovina vormen en denken steun te hebben van een meerderheid van de Bosnische Serviërs.

Kroatië was in 1995 één van de partijen die het vredesakkoord van Dayton ondertekenden en daarmee een einde maakten aan de oorlog in Bosnië. Het is nog onduidelijk hoe Ivo Josipovic, per 18 februari de opvolger van Mesic, aankijkt tegen de referendumplannen van de Bosnische Serviërs.

Valentin Inzko, de Hoge Vertegenwoordiger van de internationale gemeenschap in Bosnië–Herzegovina, heeft eerder al gezegd dat hij geen toestemming zal geven voor een referendum van Bosnisch–Servische separatisten. Inzko heeft in feite de macht in Bosnië en botste in het verleden al vaker met de politieke leiders in Republika Srpska.

In opdracht van het parlement in Banja Luka bereidt Dodik een referendumwet voor. De toch al belabberde verhoudingen tussen de diverse bevokingsgroepen in Bosnië–Herzegovina zijn mede daardoor nog verder verslechterd. Sommige waarnemers houden rekening met het uitbreken van een nieuw gewapend conflict in de toekomst.