Streep door agrarisch bedrijventerrein Nederweert
Onrust onder bevolking en boeren hebben een streep gehaald door het agrarisch bedrijventerrein in Nederweert. Geen enkele fractie in de gemeenteraad geeft nog zijn goedkeuring aan de totstandkoming van dit ruim 45 hectare grote terrein, waarop zich achttien varkens- en pluimveehouders zouden moeten vestigen. Dat heeft wethouder P. Willekens (CDA) van Nederweert vrijdag laten weten.
Daarmee is ook een forse streep gehaald door de grootschalige reconstructie van de bio-industrie in en rond Nederweert, die lange tijd gold als landelijk voorbeeldproject. Hoewel de gemeenteraad pas op 18 maart over het agrarisch bedrijventerrein beslist, staat voor Willekens nu al vast dat de raad daar mordicus op tegen is.
Dat bleek uit een gemeentelijke commissievergadering donderdagavond, waar alle fracties unaniem het plan afwezen. Nogal wat boeren en burgers vrezen dat de vestiging van biobedrijven op een relatief klein stuk grond zal leiden tot de uitbraak van besmettelijke dierziektes. Willekens vindt dat argument geen steek houden. „We hebben heel goed naar de veterinaire aspecten gekeken”, zegt hij. „Wat dat betreft zaten de plannen zorgvuldig in elkaar, maar tegenstanders van het bedrijventerrein gebruiken de angst voor dierziekten nu te pas en te onpas in verband met de vogelpest.”
Ook is politiek Nederweert bang dat er onvoldoende subsidies binnenkomen om de 20 miljoen euro kostende nieuwbouw van boerderijen en stallen te kunnen betalen. Ook dat argument vindt Willekens onzinnig: „Er is al zes miljoen aan subsidie toegezegd door Rijk, provincie en uit Europese potjes”, zegt hij. Volgens Willekens heeft het verzet door een plaatselijke actiegroep geleid tot het mobiliseren van de bevolking tegen het prestigieuze plan, dat vorig jaar nog de enthousiaste zegen van de toenmalige landbouwminister Brinkhorst kreeg. De vogelpest heeft dit verzet extra vleugels gegeven.
Willekens vindt dat nu de raad aan zet is om met een alternatief plan te komen. Daar begint hij zelf niet meer aan. „Als de raad tegen iets is, moet ze zelf maar komen met een alternatief plan, dat gaat het college van burgemeester en wethouders niet meer doen”, zegt hij nog.