Nieuwe toekomst voor Goese Westerkerk
Dat haar geliefde Westerkerk zou veranderen in een appartementencomplex kon mevrouw H. W. Thielen-Smit maar moeilijk aanvaarden. Met hulp van anderen richtte ze een stichting op, kocht de kerk en redde het gebouw zo uit de handen van projectontwikkelaars.
Het is koud in de Goese Westerkerk. Een oliegestookte kachel houdt het gebouw vorstvrij, maar daar is alles mee gezegd. Toch straalt het uit 1929 stammende pand wel degelijk een soort warmte uit. De authentieke houten banken, de hoge bakstenen muren, de twaalf glas-in-loodramen; het pand ademt sfeer. Niet dat devote van eeuwenoude gewelfde kerken, maar huiselijk, knus.Een markant gebouw is het. Spitse toren, steil zadeldak met rode pannen. Niet te missen voor wie door Goes rijdt. De kerk aan de Westwal was het eerste grote project van de Middelburgse architect Arend Rothuizen (1906-1960).
Al zeker twee jaar staat de voormalige gereformeerde kerk leeg. In 2008 beleggen de gereformeerd vrijgemaakten er hun laatste dienst, voordat ze naar een nieuw pand verhuizen. Noodgedwongen zet de PKN-gemeente, destijds eigenaar, het complex te koop.
Projectontwikkelaars zien er wel wat in. Aan de vorm van het gebouw –een officieel rijksmonument– valt niet veel te versleutelen. Maar vanbinnen kan het alle kanten op. Het concreetst is het plan om er een twintigtal appartementen voor gehandicapten in te vestigen.
De 93-jarige Thielen-Smit ziet het met gemengde gevoelens aan. Ze kerkte jarenlang aan de Westwal, samen met haar man, die er ook ouderling was. „Maar de kerk behield steeds minder leden. Op een gegeven moment zaten er alleen nog mensen in het middenschip.”
Lachend: „Ik zat altijd links, onder een luidspreker. Samen met nog een paar gemeenteleden die niet zo best hoorden. Dominee Kamermans vond dat kennelijk wat ongemakkelijk, zo’n klein clubje mensen, apart van de rest. Hij wilde ons graag in het midden hebben, maar we zijn toch onder die luidspreker blijven zitten.”
De laatste jaren kerkt ze in de Oosterkerk, maar de Westerkerk blijft haar lief. „Dat er zo’n groot bord ”Te koop” voor stond, dat deed pijn.”
„Langzaam ontstond de gedachte om het pand te kopen. Mijn man overleed in 2008. Met zijn nalatenschap zou het kunnen.”
Met hulp van anderen richt ze de Stichting Johannes Thielen op. Genoemd naar haar echtgenoot, die de Westerkerk altijd een warm hart had toegedragen. Pogingen om de kerk te kopen, verlopen niet helemaal vlekkeloos. „We hebben er veel voor gebeden. Mijn moeder zei altijd: Die geloven, haasten niet.” Maar op 30 december 2009 gebeurt het dan toch: de stichting wordt eigenaar van de kerk.
Een kerk kopen is één ding, maar wat nu? Stichtingvoorzitter R. van Willigen: „We hechten allemaal aan het voortbestaan van de kerk in haar huidige vorm, niet het minst vanwege de architectuur. We wilden voorkomen dat de kerk omgebouwd zou worden tot een pand met een niet-religieuze bestemming.”
De stichting wil de kerk ter beschikking stellen voor religieuze, maatschappelijke en culturele activiteiten, zegt Van Willigen. „We hopen dat het uitgroeit tot een platform voor ontmoeting tussen de christelijke gemeenschap van Goes en de maatschappij.”
Hoe dat er concreet moet uitzien, daarover wordt nog druk vergaderd. De stichting denkt onder meer aan zangavonden, concerten, tentoonstellingen en congressen. Van Willigen: „Laatst sprak ik een christenkunstenaar. Zij wilde niet exposeren in een ruimte die ook zondags de deuren opent. Zo iemand zou hier goed terechtkunnen.”
Voordat het zover is, moet er wel het een en ander gebeuren. De nieuwe bestemming vergt de nodige aanpassingen. Achterstallig onderhoud is er ook. „Mogelijk kunnen we aanspraak maken op subsidie. We hebben inmiddels een dakdekker als sponsor, maar we kunnen er nog veel meer gebruiken.”
En de 93-jarige beschermvrouwe? Die is tot op de dag van vandaag vol verwondering. „Dat ik hieraan heb kunnen bijdragen, daar ben ik heel erg dankbaar voor. Maar uiteindelijk is het allemaal tot Zijn eer.”