Leeft
U zult niet sterven, als u voor Hem opendoet. U zult het eeuwige leven winnen, zo u de deur voor Hem wilt openen. In Johannes 3:15 en 16 zijn de woorden verdubbeld. In vers 15 staat: „…zal niet verderven.” En in het 16e vers staat: „…zal niet verderven, maar het eeuwige leven hebben.” U bent bevreesd dat uw zonden u zullen verdoemen, maar doe Mij open en Ik zal u verzekeren dat Ik aan God zal verzoeken om voor u te voldoen en u te bevrijden van de toorn en de verdoemenis.U vreest dat uw zonden de hemel voor u toesluiten. O, zegt Christus, vreest niet, open uw hart maar om Mij binnen te laten en Mijn bloed zal de hemel voor u openen. Hij zegt niet: Zo Ik enige waardigheid in u vind, zal ik tot u komen. O, nee, Hij heeft Zijn intrede genomen in de onwaardigste harten. Die vrouw in Johannes 4:7 was een onwaardig mens en ten aanzien van haar godsdienstigheid onwetend en ongelovig. Zij was een hoer; ze was verstokt in de zonden en wilde Christus niet meer geven dan een dronk koud water. Zij bespotte de Heere Jezus doorgaans met haar woorden. Maar Jezus stoorde zich er niet aan.
De Heere zegt niet: Zo Ik in u enige heiligheid vindt, maar bij monde van Ezechiël 16:8: „Als Ik nu bij u voorbij ging, zag Ik u, en zie uw tijd was de tijd der minne.” En in vers 6: „Leef, ja, Ik zei tot u in uwe bloed: Leef…” O, merk toch op, de Heere zegt: Leeft, leeft.
Obadias Sedgwich, predikant te Londen (De rijkdom der genade, 1676)