Positie Afghaanse vrouw blijft moeilijk
Vrouwen hebben na de verdrijving van het Taliban-bewind in Afghanistan meer toegang gekregen tot onderwijs en werk, maar het geweld tegen hen gaat onverminderd voort. Dat zegt de Unesco, de economische en sociale organisatie van de Verenigde Naties in een donderdag verschenen rapport over de situatie van vrouwen en meisjes in Afghanistan.
Meer dan twintig jaar oorlog en diepgewortelde conservatieve tradities hebben aan de slechte situatie van Afghaanse vrouwen bijgedragen. Doordat er geen effectieve veiligheidsmacht is voor het hele land, komen de wederopbouw van Afghanistan en de verbetering van de positie van de vrouw in de knel. Vrouwen beperken hun deelname aan het openbare leven om te vermijden dat zij het doelwit worden van geweld, aldus het rapport.
Vrouwen worden soms op zeer jeugdige leeftijd gedwongen tot een huwelijk en zijn dikwijls slachtoffer van huiselijk geweld, ontvoering of pesterijen. In arme plattelandsgebieden verkopen families soms hun dochters om aan de armoede te ontsnappen of om bloedvetes bij te leggen. Sommige vrouwen zien in zelfverbranding de enige uitweg uit een gewelddadig of gedwongen huwelijk.
Onder de 3 miljoen kinderen die vorig jaar in Afghanistan naar school gingen was 30 procent meisje. Van de 70.000 leraren is nu 28 procent vrouw. In zeker vijf provincies zijn vorig jaar scholen voor meisjes met raketten bestookt of in brand gestoken.
Ook de gezondheidszorg voor vrouwen is ontoereikend. De kraamvrouwensterfte in Afghanistan is volgens het Unesco-rapport een van de hoogste ter wereld.
Ofschoon vrouwen na de val van de Taliban weer buitenshuis mogen werken, zijn hun kansen op de arbeidsmarkt beperkt doordat zij in het verleden niet of nauwelijks onderwijs hebben genoten.