Over CO2 en de prijs van auto’s
De Nederlandse consument is nog nauwelijks in staat de overheid te begrijpen waar het gaat om belastingen, premies en stimuleringsmaatregelen. Vooral de autokoper krijgt daar volop mee te maken.
Een nieuw jaar betekent in dit geval ook andere autoprijzen door afbouw van de bpm en een niet eerder gevoerde CO2-heffing.Zolang een groot deel van de wetenschappers –en dus ook de overheid– ervan overtuigd blijft dat de mens een grote invloed heeft op de opwarming van de aarde via de CO2-uitstoot, zal die uitstoot steeds meer uitgangspunt gaan vormen voor het berekenen van belastingen.
De belasting personenauto’s en motorrijwielen (bpm) wordt tot 1 januari 2018 afgebouwd. De wegenbelasting zal op den duur eveneens verdwijnen. Ervoor in de plaats komt de kilometerheffing, die het gebruik van de auto belast.
Als de overheid alleen in stapjes de bpm afbouwt, komt ze met nog een extra gat in de begroting te zitten. Dat heeft geleid tot een nieuwe toevoeging op de belastingen bij aanschaf van een nieuwe auto. De financiële mensen van de importeurs hebben overuren gemaakt en alle prijslijsten zijn opnieuw naar de drukker gegaan.
De bpm bestaat uit een percentage van de kale verkoopprijs zonder belastingen. Dat percentage is sinds 1 januari wederom verlaagd. Voorheen kregen diesels daarbovenop zonder pardon een toeslag (lees: boete) en bestond er een bonus-malussysteem op basis van de energielabels. Het nieuwste fenomeen was de slurptaks voor extra dorstige modellen.
De dieselboete blijft, maar de energielabels en de slurptaks hebben hun belang in de autoprijzen verloren. Daarvoor in de plaats komt nu de CO2-heffing. Dat is met betrekking tot het stimuleren van het rijden van schonere auto’s eerlijker, omdat de energielabels zogenaamd relatief worden berekend. Er wordt gekeken naar het brandstofverbruik binnen het segment, met als belangrijke leidraad de lengte van een voertuig. Maar dat levert soms aparte conclusies op.
Zo blijkt het mogelijk dat een grote limousine een B-label krijgt, en in de verlengde uitvoering zelfs een A-label, terwijl die langere variant in absolute zin niet zuiniger is. Tegelijkertijd krijgt een minder dorstige middenklasser een ongunstiger label opgeplakt, alleen maar omdat de auto korter is. Die vreemde berekeningswijze blijft voor de energielabels gehandhaafd, maar is nu dus niet meer van invloed op de belastingen.
Twee categorieën auto’s krijgen een voorkeursbehandeling. De zeer zuinige auto’s waren al gedefinieerd. Dat zijn de benzinemodellen met een CO2-uitstoot tot 110 gram per kilometer en diesels zo’n uitstoot tot 95 gram per kilometer.
Auto’s die in deze categorie vallen, zijn vrijgesteld van bpm en krijgen ook geen CO2-heffing. Bovendien is sinds 1 januari voor de zeer zuinige auto’s de wegenbelasting vervallen, ook voor modellen die al eerder zijn geleverd maar al wel aan de eisen voldeden.
Nieuw is de categorie ”zuinig”, die bestaat uit auto’s met een CO2-uitstoot van maximaal 120 gram per kilometer, zowel voor benzine als diesel. Kleine diesels met roetfilter die in deze categorie vallen, krijgen een korting, waarmee de normale toeslag op de bpm –die voor alle dieselmotoren geldt– nagenoeg komt te vervallen.
De nieuwe belasting op basis van CO2-uitstoot wordt afgerekend bij aankoop van een nieuwe auto. De eerste schijf bedraagt 34 euro per gram CO2. Bij benzineauto’s gaat het om de categorie van 110 tot 180 gram per kilometer en bij diesels van 95 tot 155 gram per kilometer. De tweede trede (benzine 180-270 g/km, diesel 155-232 g/km) bestaat uit een heffing van 126 euro per gram CO2, terwijl alle auto’s die een nog hogere uitstoot aan CO2 hebben, maar liefst 288 euro per gram betalen boven de genoemde grenswaarde. Dat betekent dat door de prijswijzigingen de concurrentieverhoudingen hier en daar flink door elkaar geschud zijn.
Wijzigingen
Zeer zuinig
Traditioneel herzien autofabrikanten op 1 januari hun prijzen. Door te spelen met techniek en uitrustingsdetails kunnen importeurs in het licht van alle veranderingen de positionering van hun modellen op deze manier beïnvloeden. Maar het staat als een paal boven water dat de CO2-uitstoot een steeds grotere rol gaat spelen in de aanschaf van een nieuwe auto. De komende jaren wordt de bpm in stapjes verder afgebouwd en zal tot aan de invoering van de kilometerheffing de CO2-belasting verder toenemen.
Model: Prijs 2009 Prijs 2010 Verschil
BMW M3 sedan 100.770 euro 103.415 euro + 2.645 euro
Ford Mondeo 2.3 Trend 34.475 euro 37.323 euro + 2.848 euro
Kia Soul 1.6 X 15.995 euro 16.795 euro + 800 euro
Mercedes S AMG 65 Lang 313.518 euro 308.454 euro - 5.064 euro
Mini One 17.855 euro 17.780 euro - 75 euro
Opel Insignia 2.0
Turbo Cosmo 37.945 euro 39.995 euro + 2.050 euro
Peugeot 607 V6 HDiF 68.210 euro 67.200 euro - 1.010 euro
Renault Mégane 1.6 16V
Authentique Estate 19.990 euro 19.990 euro 0 euro
Toyota Aygo Access 8.920 euro 8.920 euro 0 euro
VW Passat 1.6 TDI
Bluemotion 30.990 euro 30.590 euro - 400 euro
Langzaam wordt de categorie zeer zuinige auto’s groter. Het drietal Citroën C1, Peugeot 107 en Toyota Aygo speelde in 2009 een zeer dominante rol op de Nederlandse markt. De Nissan Pixo en de Suzuki Alto zijn nog erg nieuw, maar winnen aan populariteit. De Daihatsu Cuore blijft om onverklaarbare redenen een beetje achter. De Honda Civic Hybrid en Insight en de Toyota Prius blijven onveranderd aantrekkelijk. Een belangrijke nieuwkomer wordt zonder twijfel de nieuwe Volkswagen Polo Bluemotion, de enige vierpersoonsdiesel in de categorie ”zeer zuinig”.