„Nederland niet in Frans-Duits kamp”
Nederland laat zich niet opnemen in het Frans-Duitse kamp dat in de discussies over een oorlog tegen Irak tegenwicht biedt tegen de Verenigde Staten. Dat laat minister De Hoop Scheffer (Buitenlandse Zaken) weten na pogingen van de twee landen om hem over te halen.
Met steun van hun Russische collega hebben de ambassadeurs van Frankrijk en Duitsland getracht Nederland over te halen om zich aan te sluiten bij de conclusies van het overleg van de drie landen in Parijs. De Hoop Scheffer heeft volgens zijn woordvoerder echter „uitzonderlijk teleurgesteld” gereageerd op het initiatief.
De Hoop Scheffer ziet twee redenen om zo afwijzend te reageren. In de eerste plaats meent hij dat Frankrijk bij zijn positiebepaling de hoop lijkt te hebben opgegeven dat de oorlog nog kan worden vermeden. Ten tweede betekent de voortdurende dreiging van een Frans veto tegen een nieuwe Veiligheidsraadsresolutie dat Frankrijk de hoop opgeeft op een gezamenlijke Europese positie.
De Nederlandse regering wenst zich in het internationaal overleg constructiever op te stellen. De Hoop Scheffer heeft Frankrijk en Duitsland gewaarschuwd dat hun plannen schade kunnen berokkenen aan de onderlinge Europese relaties en aan de transatlantische betrekkingen.
Frankrijk is vanaf het moment dat de VS aanstuurden op een harde confrontatie met Irak op de rem gaan staan, overigens zonder geweld volledig uit te sluiten. Duitsland heeft onder leiding van bondskanselier Schröder elke vorm van geweld tot nu toe afgekeurd. Rusland heeft evenals Frankrijk economische belangen (olie) in Irak, maar wil de VS niet al te opzichtig tegen de haren instrijken.
Nederland heeft zich van begin af aan meer op de Amerikaanse lijn gevoegd. Alleen maximale militaire druk kan het bewind van Saddam Hussein er mogelijk toe brengen zich te ontwapenen. Dit standpunt wordt gedeeld door onder andere Spanje en Italië en natuurlijk door het Verenigd Koninkrijk.