Daarvoor pleitte directeur Timo Huges van bloemenveiling FloraHolland dinsdag tijdens de presentatie van de jaarcijfers.Volgens Huges is er onder telers veel behoefte aan extra productiegrond. Hij wijst daarbij op de uitbreiding van het areaal in 2009, hoewel veel sierteeltbedrijven hun inkomsten zagen dalen.

„Greenports Nederland, het publiek-private samenwerkingsverband tussen overheid en het tuinbouwbedrijfsleven, heeft inmiddels de status van derde mainport in Nederland, na Schiphol en de Rotterdamse haven. De sector levert een belangrijke bijdrage aan de Nederlandse economie”, aldus Huges.

Volgens de topman van FloraHolland is er bij de overheid wel begrip voor de behoefte aan uitbreidingsmogelijkheden. Lokale overheden moeten echter schipperen tussen Vinexlocaties, natuur en industrie, zo zegt hij.

De uitbreiding moet er vooral in het westen komen, omdat klanten bloemen en planten „vaker, sneller en verser” willen krijgen aangeleverd. Het is daarom zaak om zo veel mogelijk productieareaal in de buurt van handelscentra te vestigen. In Aalsmeer, Naaldwijk en Rijnsburg zitten de belangrijkste exportveilingen. Ook om klimatologische redenen is het beter om in het westen te zitten, aldus Huges.

De omzet van de grootste bloemenveiling ter wereld zakte afgelopen jaar met 5 procent tot 3,8 miljard euro. Telers kregen door de economische neergang te maken met dalende prijzen. Consumenten bleven wel bloemen kopen. Het aantal verwerkte bloemen en planten daalde maar met 1 procent tot ruim 12 miljard stuks.

Vooral telers van snijbloemen hadden problemen. De omzet van bloemen zakte met 12 procent tot 2,1 miljard euro. De economische malaise heeft niet geleid tot een massale sluiting van sierteeltbedrijven. In mei werd dat wel verwacht, toen de veiling nog vreesde voor een terugval in de jaaromzet van 10 procent.