Kerk & religie

Iconen als vensters op de eeuwigheid

Met de presentatie van ruim dertig ”Byzantijnse iconen uit het hart van Griekenland” heeft het Bijbels Museum in Amsterdam een bijzondere vorm van religieuze kunst op zijn programma gezet.

J. C. Karels
4 March 2003 10:58Gewijzigd op 14 November 2020 00:10
AMSTERDAM - Het Bijbels Museum in Amsterdam exposeert Byzantijnse iconen, daterend uit de twaalfde tot en met de achttiende eeuw. V.l.n.r. Het gastmaal van Abraham; de apostelen Petrus en Paulus; de aankondiging van de geboorte van Christus en Johannes de
AMSTERDAM - Het Bijbels Museum in Amsterdam exposeert Byzantijnse iconen, daterend uit de twaalfde tot en met de achttiende eeuw. V.l.n.r. Het gastmaal van Abraham; de apostelen Petrus en Paulus; de aankondiging van de geboorte van Christus en Johannes de

Omstreeks het jaar 50 verkondigt de apostel Paulus het christelijk geloof in Berea, een plaats in de omgeving van Thessaloniki. Anno 2003 telt de Griekse stad, inmiddels Veria geheten, 48 kerken. Daarin bevindt zich een schat aan kunstwerken, muurschilderingen, iconen en beeld- en houtsnijwerk. Met een slordige 1000 iconen -500 in de kerken, 500 in bezit van de Metropoliet of Grieks-orthodoxe aartsbisschop- heeft Veria de rijkste iconencollectie van Griekenland. Voor het eerst verlaat een selectie de vertrouwde religieuze omgeving, om aan het buitenland in bruikleen te worden gegeven. De iconen dateren uit de twaalfde tot en met de achttiende eeuw.

Iconen zijn afbeeldingen van Christus, Maria, heiligen, martelaren en bijbelse of legendarische gebeurtenissen op houten panelen. In de orthodoxe kerken uit het Oosten nemen ze een belangrijke plaats in. De artistieke waarde komt op de tweede plaats: primair is de toewijding en het gebed. Met buigen, kruisen slaan, kussen, of een kaarsje branden vereren kerkgangers de afgebeelde persoon.

Schilderen van iconen wordt daarom als een heilige bezigheid gezien. Het Bijbels Museum toont in acht stappen de preparatie en geboorte. „De icoon ontwikkelt zich mede door het gebed en het vasten van de icoonschilder tot een heilige beeltenis.” En: „Op het moment dat de icoon zijn naam krijgt geschilderd, leeft de afgebeelde persoon op de icoon met ons.”

In de sereen verlichte hoofdzaal hangen iconen van Christus, de moeder Gods, andere bijbelse figuren en heiligen uit de geschiedenis van de Grieks-orthodoxe traditie. Blikvanger is de Christus Pantocrator waarmee de bezoeker bij binnenkomst wordt geconfronteerd. Deze dateert uit de bloeitijd van de Byzantijnse schilderkunst in de tweede helft van de veertiende eeuw. Pas tien jaar geleden kwam de icoon onder het vuil vandaan. Onder het sfeervolle licht verschijnt Christus in monumentale gestalte, geschilderd vanaf het middel en tegen een egaal gouden achtergrond. De grote ogen, afwezige gelaatsuitdrukking, heldere rode mond, fijne lijnen van gezicht en haren geven dit meesterwerk een serene grandeur.

Indrukwekkend is ook de hoofdbalk van een Byzantijnse iconostase, een van de belangrijkste bewaard gebleven werken uit Veria. Een iconostase is de iconenwand in orthodoxe kerken die het altaar scheidt van de rest van de kerk. Op dit eveneens uit de veertiende eeuw afkomstige kunstwerk zijn tien taferelen te zien: de annunciatie (aankondiging van de geboorte van Jezus door Gabriël), de geboorte, voorstelling van Jezus in de tempel, doop, transfiguratie (Christus met Mozes en Elia op de berg), opwekking van Lazarus, intocht in Jeruzalem, bestijging van het kruis, kruisiging en kruisafname.

Een diapresentatie laat zien hoe Veria er tegenwoordig uitziet en welke kerken er zijn. De kleine parochiekerkjes worden nog volop gebruikt: tussen de eeuwenoude muurschilderingen en beeltenissen der heiligen krijgt de jeugd catechisatie. Even buiten Veria ligt het Dovra-klooster, waar 160 leerlingen volgens de oude schildertraditie les krijgen en waar iconen worden gerestaureerd. In Amsterdam wordt het ambacht getoond: iconenschilder Jan Verdonk werkt elke woensdag- en vrijdagmiddag in een open atelier aan zijn Paasicoon. En kinderen van zes tot en met twaalf jaar kunnen, op afspraak, zelf schilderen.

Natuurlijk rijst onder orthodox-gereformeerden de vraag of beeltenissen geschikt zijn om het heilige uit te drukken. Bovendien, verbiedt het tweede gebod van de decaloog geen verering? Vader Sergi Merks, priester van de Russisch-orthodoxe kerk in Rotterdam, kent de protestantse bezwaren. Ze zijn trouwens niet typisch protestants van aard, weet hij. „Al in de negende eeuw is een strijd gevoerd tussen voor- en tegenstanders van iconen. Tegenstanders huldigden het oudtestamentische principe van de afgoderij. Voorstanders zeiden: Sinds Christus vlees is geworden, heeft Hij op aarde rondgelopen. In principe kon men een foto van Hem nemen, zouden we nu zeggen. Dus kun je Hem ook afschilderen. Hetzelfde geldt voor andere personen en heiligen. Het argument van de afgoderij werd van de hand gewezen met de opvatting dat het icoon niet wordt aanbeden, maar vereerd. En in de verering aanbid je degene die wordt afgebeeld, niet dat houten plankje of de mozaïek zelf.”

Een icoon over de Drie-eenheid valt dus buiten de orthodoxie, erkent Merks. „God de Vader mag officieel niet worden afgebeeld. Volgens de kerkleer is zo’n afbeelding geen orthodoxe icoon. De enig toegestane is die van de drie engelen die bij Abraham op bezoek kwamen. Die ziet men in oosters-orthodoxe kerken als een voorafschaduwing van de Drie-eenheid.”

Bij iconen gaat om een uitbeelden van het goddelijke met aardse materie, vervolgt Merks, die recent in het Bijbels Museum een lezing hield over de theologie van de icoon. „Hetzelfde gebeurt bij de sacramenten: je gebruikt water of olie om een hemelse waarheid aan te duiden. Uiteindelijk voeren de iconen allemaal naar Christus terug. Ook de moeder Gods en de heiligen verwijzen naar Christus. Een heilige probeert immers door zijn eigen leven Christus nabij te komen.”

In een gemiddelde orthodoxe kerk hangt het vol met iconen. „Ontelbaar zijn ze”, verzekert Merks. „Daarnaast hebben mensen hun privé-iconen. Thuis is een iconenhoekje ingericht, op elke kamer hangt er tenminste een, en ze gaan mee op reis. Iconen zijn het middelpunt van het godsdienstige leven.”

Volgens de priester bedoelen iconen een kijkje naar een andere dan de dagelijkse werkelijkheid te geven. „Het zijn vensters naar de eeuwigheid. Dat is meteen ook de functie die ze in de kerk innemen: ze laten gelovigen in de goede richting kijken. In de orthodoxie ken je het begrip zelfheiliging of vergoddelijking, theosis. Alle mensen zijn geschapen naar het beeld en de gelijkenis van God. Met de zondeval keert de mens zich af van God en verliest diens gelijkenis. Maar hij blijft nog wel geschapen naar het beeld van God. Volgens de orthodoxie is het de bedoeling die gelijkenis, die icoon, te herwinnen. Dat proces, je opdracht als christen, noemt men vergoddelijking. Om je daarbij te helpen is de icoon een richtingaanwijzer naar de hemelse werkelijkheid.”

De Amsterdamse tentoonstelling is georganiseerd in samenwerking met het Griekse ministerie van Cultuur en het aartsbisdom in het kader van de ”Culturele Olympiade 2001-2004”.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer