Vleeseter en vleesmijder aan één tafel
Wie ervaart nooit een drempel als hij een vegetariër te eten vraagt? En welke vleesweigeraar voelt zich nooit bezwaard als hij of zij wordt uitgenodigd voor een etentje? Nergens voor nodig, aldus Nicolette Loven, auteur van een kookboek dat dit soort kwesties beoogt te voorkomen.
Met de onontkoombare familiediners rond Kerst in het verschiet, is het misschien zo gek nog niet. Een kookboek dat aandacht schenkt aan zowel vegetariërs als hun vleesminnende medemensen.Voor mensen met vegetariërs in hun omgeving die zelf wél graag vlees of vis blijven eten, kan ”Koken in een roeromdraai. Een sprookje dat tafelen heet” (uitg. Nicolette; ISBN 978 90 814 7171 8, € 20,00) een uitkomst zijn. Voor overtuigde vleesmijders is de uitgave overbodig: goede vegetarische kookboeken zijn er genoeg. Voor niet-vegetariërs die graag af en toe vleesloos eten is het boek ook niet bedoeld. Het is speciaal gericht op groepen van vleesetende mensen met een enkele vegetariër in hun midden. Uniek, aldus auteur Loven (65). „Voor 1945 verscheen een soortgelijk kookboek, is me verteld, daarna niet meer. Ik heb dat boek overigens zelf nooit in handen gehad.”
Loven is van origine goudsmid, maar ze was onder meer ook kleuterjuf en maakte hoeden. „Toen ben ik gaan koken. Voor mij is het eigenlijk allemaal hetzelfde. Of ik nu een stukje ijzer buig of een ui uit elkaar haal – dat maakt geen verschil. Het is allemaal liefde doorgeven.”
Ze kon haar creativiteit kwijt in Frankrijk, waar ze samen met haar man jarenlang een hotel runde. Ze kookte er dagelijks voor groepen. Op die manier kwam ze in aanraking met allerlei diëten, waaronder het vegetarische. Zo ontstonden de ideeën die nu in een boek zijn gebundeld.
Missie
Mensen die een dieet volgen zijn vaak te beschroomd, vindt Loven. „Dan moet u dit of dat speciaal voor mij doen”, hoorde ik vaak.” Ook de gastheer of gastvrouw stelt zich vaak te bescheiden op, meent de creatieve duizendpoot. „Ik merk echt dat er drempels zijn voordat iemand eters uitnodigt. Zo zeggen vrienden tegen mij wel eens: „Ik maak alleen hapjes, want jij kunt zo goed koken.” Bedroevend vind ik dat. Mijn missie is dat mensen in Nederland met elkaar gaan eten”, zegt Loven, die de eerste elf jaar van haar leven in Indonesië woonde.
Haar doel is misschien hoog gegrepen, maar in haar eigen familie ziet ze dat het werkt. „Verschillende van mijn kinderen zijn vegetariër. Ik merk dat er een wisselwerking ontstaat. Ik kook bijvoorbeeld lamscurry én groentecurry als zij komen. Veel ingrediënten van die curry’s zijn hetzelfde.” Omdat de verschillende recepten in het boek zijn geïntegreerd, kost een extra gerecht maken maar tien minuten extra –„soms misschien een halfuur”–, aldus Loven.
Andersom bereiden haar kinderen zo nu en dan vlees als Loven en haar man komen eten. „Mijn man is een echte vleeseter.” Voor zo’n situatie zou Loven het liefst een tweede kookboek maken. „Iets meer gericht op vegetariërs. Ik denk dat de gerechten zonder vlees dan iets ingewikkelder zullen worden.”
”Koken in een roeromdraai. Een sprookje dat tafelen heet” is te koop in de boekhandel en te bestellen via nicoletteloven@hotmail.com.
Lofschuitjes
Deze lofschuitjes vormen de amuse van een decembermenu. Niet-vegetariërs krijgen een variant met ansjovis, de gevulde witlofbladeren voor vegetariërs zijn afgemaakt met rode-uisnippers.
Ingrediënten voor visvariant: 2 kleine stronkjes witlof, 1 blikje ansjovis, 2 eieren, 2 el. mayonaise.
Ingrediënten voor vegetarische variant: 1 stronkje witlof, 1 ei, 1 el. tomatenketchup, 1 rood uitje.
Voorbereiding: De eieren hard koken, pellen, fijnprakken en mengen met de mayonaise. Op smaak brengen met peper (geen zout). De ansjovis uit de olie halen, op een schaaltje leggen en bewaren in de koelkast. Tomatenketchup, een ragfijn gesneden uitje (bewaar wat snippers voor de garnering), peper en zout mengen tot een dikke saus en in de koelkast bewaren.
Bereiding: Lofschuitjes van de stronkjes lof maken. De schuitjes vullen met eimengsel en garneren met ansjovis. Voor de vegetarische versie: de schuitjes met het eimengsel vullen en garneren met rode-uisnippers. Leg de schuitjes in stervorm op een bord.
Verwarrend
In het boek staan twaalf menu’s, voor elke maand één en afgestemd op het seizoen. In de bijgerechten zit geen vlees. Ook de amuses en de voorgerechten zijn op een enkele na vegetarisch. Van het hoofdgerecht bestaan steeds twee versies, één zonder en één met vlees.
„Je hebt in een roeromdraai de aanpassing van vlees naar vegetarisch gemaakt”, zegt Loven met een verwijzing naar de boektitel. „De recepten, met Franse invloeden, zijn ook ideaal voor mensen met een vegetariër binnen het gezin.”Toch blijkt het boek vooral toegespitst op groepen. Wie voor een gezelschap kookt zal het tijdschema aan het eind van elk menu heel handig vinden. Voor iemand die alleen het hoofdgerecht als doordeweeks maal maakt is het eerder verwarrend. Want in dat schema staat dat het vegetarische bladerdeegkipje 30 minuten in een oven van 180 graden Celsius moet, maar in het recept zelf is dat nergens te vinden.
Loven gaf het boek uit in eigen beheer. Jammer, want daardoor zijn er wat fouten en onvolkomenheden blijven staan. Het voorgerecht heet ineens „voorgrecht” en in de ingrediëntenlijst van het dessert warme kersen en roomijs zijn de kersen vergeten.
Door het boek heen staan tekeningen. „De illustraties moeten aangeven dat eten verbroedert”, verklaart Loven. „En dat het een vrolijke bezigheid is, geen must. Ik vind de uitspraak ”het recht van de vrouw is het aanrecht” zó negatief. Een vrouw zou moeten genieten van koken; een man net zo goed trouwens.”