„Berechting Julio P. kan binnen een jaar”
DEN HAAG (ANP) – Als voormalig Transaviapiloot Julio P. door Spanje wordt uitgeleverd aan Argentinië, kan hij daar binnen een jaar voor de rechter verschijnen. Die verwachting van de Argentijnse autoriteiten gaf landsadvocaat Cécile Bitter donderdag door aan de kortgedingrechter in Den Haag. Het geding was aangespannen door Gerard Spong, advocaat van Julio P. Hij eist dat Nederland zijn best doet om P. over te laten komen vanuit Spanje, zodat hij hier berecht kan worden.
De Argentijnen verdenken P. ervan dat hij ten tijde van de militaire junta in de jaren zeventig dodenvluchten heeft uitgevoerd. Tijdens dergelijke vluchten werden tegenstanders van het regime verdoofd maar levend vanuit vliegtuigen in zee gedumpt om hen te laten verdwijnen. Spanje hield P. in september in Valencia aan, op verzoek van Argentinië. Sindsdien zit hij in Spanje in uitleveringsdetentie.Een van Spongs argumenten voor een strafproces in Nederland was dat het in Argentinië wel eens jaren zou kunnen duren voordat P. voor de rechter komt. Met de mensenrechten van verdachten van misdrijven in de tijd van de militaire dictatuur neemt het land het volgens de advocaat niet zo nauw.
Sinds november loopt in Argentinië het zogenoemde ESMA–proces, genoemd naar het marinecomplex waar veel tegenstanders van het regime destijds gevangen werden gehouden en van waaruit dodenvluchten zouden zijn gemaakt. Volgens de Argentijnse justitie kan P.’s zaak in dat proces worden gevoegd, zei Bitter.
De Staat vindt dat Argentinië het aangewezen land is om een rechterlijk oordeel over Julio P. te vellen. De feiten waar hij van wordt verdacht speelden zich immers daar af, de slachtoffers waren Argentijns en P. had toen nog alleen de Argentijnse nationaliteit. De impact van wat er in die jaren is gebeurd, werkt in het Zuid–Amerikaanse land door tot op de dag van vandaag, aldus landsadvocate Bitter. P. heeft sinds 1980 ook een Nederlands paspoort en heeft sinds die tijd met vrouw en drie kinderen in Nederland gewoond.
Dat het Julio P.’s Nederlandse collega’s bij Transavia waren die in 2006 met informatie naar de politie stapten, vindt de Staat minder belangrijk. De verwachting is dat het materiaal dat Argentinië tegen hem heeft zwaarder zal wegen.
Intussen loopt ook bij het Nederlandse Openbaar Ministerie (OM) nog een onderzoek naar P., al staat dat sinds zijn aanhouding wel op een wat lager pitje. Spong greep dit feit aan als een van de redenen voor een proces in Nederland. Het OM heeft nog niet besloten of het P. wil vervolgen voor zijn vermoedelijke rol in de dodenvluchten. Die zijn aangemerkt als misdrijven tegen de menselijkheid en zouden in principe ook door Nederland aangepakt mogen worden. Waarschijnlijk ziet het OM af van vervolging als P. in Argentinië een proces krijgt.