Buitenland

Verbeten strijd tegen bruinkoolmonster

Nergens ligt zo veel bruinkool voor het opgraven als in Lausitz, een streek in de Duitse deelstaat Brandenburg, vlak bij de Poolse grens. Een lucratieve handel voor het Zweedse energieconcern Vattenfall, eigenaar van de afgraaflicenties. De expansiedrift lijkt grenzeloos: steeds weer moeten dorpen wijken voor het bruinkoolmonster. De bewoners weren zich.

John Klein
4 December 2009 18:24Gewijzigd op 14 November 2020 09:18
Enorme machines, met de bijnaam ”liggende Eiffeltorens” graven tot 100 meter diep om bij de 10 meter dikke bruinkoollaag te komen. Foto RD
Enorme machines, met de bijnaam ”liggende Eiffeltorens” graven tot 100 meter diep om bij de 10 meter dikke bruinkoollaag te komen. Foto RD

Vanuit het raam van haar werkkamer kijkt ds. Dagmar Wellenbrink-Dudat uit op de gloednieuwe kerk van het 220 zielen tellende dorp. In 1994 werd de vrouw predikant van Horno. Toen lag het plaatsje echter nog 10 kilometer noordelijker.Horno is een van de laatste dorpen die als gevolg van de bruinkoolpolitiek van de DDR moesten verdwijnen. Na 25 jaren bittere weerstand volgde in 2003 de evacuatie. De bruinkoolwinning is een industrie waarbij niet in jaren, maar in decennia vooruit wordt gepland.

Het nieuwe dorp ziet eruit alsof het uitvergroot van de tekentafel komt. Het nieuwe asfalt, de aangeharkte tuinen, de 69 smetteloze huizen, min of meer naar het oude stratenplan georganiseerd. Alleen de 500 jaar oude uivormige torenspits op de kerk doet denken aan het verleden.

Meer dan honderd dorpen en hun naar schatting 26.000 inwoners moesten de afgelopen tachtig jaar letterlijk het veld ruimen. De predikant van Horno beseft dat Vattenfall voor haar dorp kosten noch moeite heeft gespaard. Dat was in de DDR-tijd wel anders, toen moesten geëvacueerde dorpsbewoners naar een flatje in de voorstad.

„Toch”, zegt Wellenbrink-Dudat, „met de grond die mensen van God gekregen hebben, moeten we verantwoord omgaan. Bij dat waardesysteem hoort de plek waar mensen opgroeien. Die kun je niet zomaar verplaatsen.”

Proef

Het energieconcern Vattenfall, dat eerder dit jaar het Nederlandse energiebedrijf Nuon overnam, heeft in 2001 de uit de DDR-tijd stammende licenties overgenomen. In de Lausitzer kolenvelden liggen nog ettelijke miljarden tonnen bruinkool voor het opgraven. Genoeg voor zeker twintig jaar.

De bruinkoolwinning is een lucratieve handel voor het Zweedse concern. Het is de enige energiebron in Duitsland die geen overheidssubsidie ontvangt, aldus het bedrijf. Daarom wil Vattenfall graag nog meer opgraven van het „zwarte goud.”

Ook de Brandenburgse deelstaatregering ziet daar wel wat in. Vattenfall zorgt voor werkgelegenheid. Het is met 8000 werknemers veruit de grootste werkgever in de streek. De deelstaat eist wel dat de nieuwe kolen CO2-neutraal verstookt worden en dat het verwoeste landschap weer natuur wordt.

Een proefinstallatie voor de afscheiding van CO2 functioneert inmiddels naar verwachting en boringen in de noordelijker gelegen streek Oderbruch moeten binnenkort uitwijzen of Vattenfall daar de honderden miljoenen ton CO2 kan gaan opslaan.

Vattenfall hoopt twee opslagvelden te realiseren in Brandenburg. Voor de twee proefvelden, die tot 2015 moeten lopen, heeft het concern anderhalf miljard euro gereserveerd. „Die investering loont”, stelt een vertegenwoordiger. De Europese Unie neemt bovendien 180 miljoen voor haar rekening. Het afscheidingsproject van Vattenfall geldt als een voorbeeldproject.

Bom

Onder de bevolking regeert echter angst en woede. Angst voor de onbekende gevaren van het dodelijke onzichtbare gas diep onder de aarde. Hoe gering het risico ook, volgens de deskundigen, het brengt de mensen op de barricaden.

Zo’n 200 demonstranten zijn eind november op een informatieavond afgekomen in het gemeentehuis van Wriezen. Vijftien tractoren begeleiden de demonstratie. De regio leeft van de landbouw. De mensen voelen zich er verbonden met de aarde.

„Tweehonderd demonstranten is ongewoon veel voor deze streek”, meent Sabine Hofmann. Ze komt uit een naburig dorp en houdt een spandoek vast met de tekst ”Boeren denken aan de volgende generaties, Vattenfall niet”. Dat de aansprakelijkheid volgens de plannen voor Vattenfall begrensd blijft tot dertig jaar, heeft veel kwaad bloed gezet.

„De bodem is overal weer anders, en hoe kun je weten of de ondergrond 1000 jaar gelijk blijft?” stelt milieu-pedagoge Jana Radecke. Ze heeft het gele T-shirt van de lokale actiegroep ”CO2-bom” aan. Op het kledingstuk prijkt een gezicht met gasmasker.

Het helpt weinig dat de dr. Michael Kühn, verbonden aan de universiteit van Potsdam, zegt dat mensen zonder problemen boven een ondergronds CO2-opslagterrein kunnen wonen. De opslagreservoirs in de regio komen onder een kleiachtige ondoordringbare laag op 1200 meter diepte, houdt hij de mensen voor.

Ook de verantwoordelijke politica, die toevallig uit de streek komt, is duidelijk voorstander. Ze kiest haar woorden echter zorgvuldig. Alleen als het absoluut veilig is, mag CO2 de bodem in worden geperst, meent ze.

Maar wat als het drinkwater toch verontreinigd raakt door de zoutwaterlaag die verdrongen wordt of als het dodelijke gas toch ergens door de kleilaag dringt en zo kan ontsnappen? Voor de demonstranten die zich in het bomvolle gemeentehuis hebben weten te persen, staat het vast: zij zijn de proefkonijnen waarop de nieuwe techniek wordt uitgeprobeerd.

Aardappelveld

Voor de 50-jarige Roland Lehmann zijn de publieke protesten tegen de opslag van CO2 de laatste strohalmen. Lehmann, van beroep stratenmaker, is de partijloze burgemeester van Kerkwitz, een 650 jaar oud dorp dat op de nominatie staat om geëvacueerd te worden wanneer Vattenfall mag uitbreiden. Inclusief de omliggende dorpen telt de plaats 900 bewoners.

Kerkwitz is een idyllisch dorpje aan een glooiende bosrand. In de lucht hangt echter de geur van kolen. Een tiental kilometers verderop graven enorme machines, met de bijnaam ”liggende Eiffeltorens”, tot 100 meter diep om bij de 10 meter dikke bruinkoollaag te komen. Wat achterblijft is een reusachtig aardappelveld dat net gerooid is.

„De bruinkoolwinning is onlosmakelijk verbonden met de Lausitz. Hele generaties zijn ermee opgegroeid. De streek is erdoor getekend”, zegt Lehmann. „Niet iedereen is tegen afgravingen. Sommige mensen vinden het niet erg om tegen een goede schadevergoeding te verhuizen.” Voor Lehmann zelf ligt het anders. Zijn zoon is de vijfde generatie en Lehmann hoopt dat die ooit zijn huis overneemt.

Vattenfall heeft veel invloed. Het bedrijf organiseert feesten in de regio en sponsort de koffiebekers van de Brandenburgse parlementariërs. Middenstanders durven zich niet kritisch uit te laten tegen het energieconcern, omdat veel van hun klanten er werken.

Maar Lehmann kent ook de politieke apathie onder de bevolking, zelfs in het dorp. „Alle dorpen die weg moesten, zijn verdwenen. Ook na de Wende”, zo verklaart de burgermeester de scepsis. „En het blijft onwezenlijk, een evacuatieplan voor 2025. Zelfs voor mij, alhoewel ik vanuit mijn functie dagelijks geconfronteerd wordt met het idee.”

De nog jong ogende, gebruinde Lehmann heeft de moed nog niet opgegeven. Protesten in Sleeswijk-Holstein en in het Deense Jutland leidden ertoe dat de energiemultinationals RWE en Vattenfall hun proefboringen voor een geschikte CO2-opslag niet eens begonnen. En zonder opslag geen nieuwe kolenvelden.

Pas in 2015 valt het definitieve besluit voor de plannen van Vattenfall. Alle protesten en twijfels ten spijt, de graafmachines komen voor Kerkwitz steeds dichterbij.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer