Cultuur & boeken

Olijke Noach en mannen met gele ogen

Theoloog Willem van der Meiden bracht het uitgestrekte veld van de Nederlandse kinderbijbels in kaart. Zijn proefschrift, dat hij vrijdag aan de Vrije Universiteit verdedigt, bevat een lijst van maar liefst 900 titels: olijke uitvouwbijbels en kleurrijke vijfminutenverhalen, spannende vertelbijbels en „rigide dogmatieken.”

Jan-Kees Karels
2 December 2009 09:53Gewijzigd op 14 November 2020 09:17

Hij zag honderden kinderbijbels, vertalingen, bewerkingen. In zijn kloeke boek ”Zoo heerlijk eenvoudig. Geschiedenis van de kinderbijbel in Nederland” brengt theoloog en journalist Van der Meiden („bouwjaar 1954”) het hele veld in kaart. Rooms-katholieke, hervormde, gereformeerde, vrijzinnige, joodse, evangelische kinderbijbels, en zelfs een „kinderkoran.” Hij plaatst de kinderbijbels in de context van opvoedingsidealen en Bijbelliefde, verzuiling en secularisering. Ook het internationale perspectief komt ruimschoots aan bod. Een groot aantal (kleuren)illustraties is opgenomen. Het boek besluit met een uitputtend overzicht van in Nederland verschenen kinderbijbels, van Eusebius Pagits ”De historie, ende leere des bybels (…) by maniere van vraghen ende antwoorden” uit 1640 tot het ”Bijbels draai-boek” van Sally Ann Wright uit 2007.Welk verhaal uit de Bijbel spreekt u aan?

„Als kind of als volwassene? Als jongen was ik gefascineerd door Simson, dat zijn natuurlijk krachtpatserverhalen. Als ik het nu zou moeten zeggen, kies ik voor de ark van Noach. In dat verhaal zit zowel het gericht over de zondaren als de redding van de enkeling. Oudere kinderbijbels benadrukken vooral het eerste aspect. In de nieuwere is Noach een vrolijk mannetje dat, omstraald door de regenboog, het nieuwe leven begroet.

Verhalen waarin het wringt, die spreken me bijzonder aan. Daarom ben ik ambassadeur van de Bijbel, omdat het juist in Bijbelse verhalen vaak wringt. De Bijbel staat, veel meer dan de Koran, vol met ethische en historische dilemma’s. Het niet uitgevoerde offer van Izak, het uitgevoerde offer van Jefta. Mooi vind ik altijd de vertellingen van W. G. van de Hulst over Saul en David. Die kan ik met rode oogjes lezen. Van de Hulst heeft oog voor de beide messiaanse gestalten van de koning. Deze geweldige verteller veroorzaakte in zijn tijd een narratieve revolutie doordat hij de Bijbelverhalen écht opnieuw durfde te vertellen.”

Vertellen is keuzes maken, schrijft u. Wat vertel je wel, wat niet. Hoe gaat dat in z’n werk?

„Neem het offer van Izak. J. H. Gunning besteedt in zijn kinderbijbel uit 1894 aandacht aan alle mogelijke emoties. Je kunt het verhaal ook nuchter, bijna theologisch navertellen. Of helemaal weglaten, wat steeds meer kinderbijbels doen. Een heel legitieme methode vind ik de parafrase. De schrijver leidt de kinderen dan als het ware rond in een Bijbelverhaal, gaat met hen in gesprek, geeft ruimte aan hun vragen. „Jullie denken misschien wel… maar in die tijd dacht men zo.” En dan heb je nog varianten, waarin Abraham als een misleide man wordt voorgesteld. Hij had God verkeerd begrepen.”

Ook het illustreren van kinderbijbels is een kwestie van kiezen. Welke illustraties vindt u mooi?

„Ik houd van illustratoren die een eigen inbreng hebben. Om die reden vind ik C. Jetses en J. H. Isings minder, die illus­treren zo letterlijk. Geef mij maar een Bert Bouman. Zijn illustraties hebben minstens voor de helft het succes van ”Woord voor Woord” bepaald. Bouman tekent met visie. Hij zet de apostel Paulus neer als een zware ouderling, zo’n tobberige man, je weet wel. Steden kan hij tekenen in een oud-Hollandse setting. Ik houd van illustratoren die grapjes maken, relativeren. Veel illus­tratoren van kinderbijbels proberen zo authentiek mogelijk te zijn. Dan krijg je zo’n gewild oriëntaalse setting. Driekwart van de Jezusfiguren is van elkaar gekopieerd. Je vindt over het algemeen weinig creativiteit. De goede illustratoren zijn echt de krenten in de pap.”

Vergelijk je vertellers van vroeger met die van nu, wat is dan het verschil?

„Vroeger bracht je kinderen naar het Woord. Een kinderbijbel werd gezien als opstapje, als een middel om kinderen naar de Schrift te leiden. Tegenwoordig is het andersom: je brengt de Bijbel naar de kinderen. Voor veel kinderen zijn de verhalen uit de kinderbijbel het enige wat ze in hun leven van de Bijbel meekrijgen. Dat betekent dat je een aantrekkelijk product moet maken, dat een leven lang mee kan. En dan is het niet eenvoudig om zowel kind als Bijbel recht te doen.”

Het hoofdstuk over bevindelijk gereformeerde kinderbijbels geeft u als titel mee: „De spranken der hel vlamden hem in zijn geweten.” Is dat een passende samenvatting?

„Niet voor alle kinderbijbels, maar wel voor de twee die ik bespreek, die van B. J. van Wijk en van Joh. Vreugdenhil. Van Wijk is echt uitzonderlijk, hij legt het hele gebeuren van de zondeval over de Bijbeltekst heen. Mannen van het slangenzaad zijn te herkennen aan hun gele ogen. Ik heb een fragment over Judas opgenomen, dat is gewoon rigide. Ik vind deze Bijbels behoorlijk bedreigend voor kinderen, pedagogisch onverantwoord.”

Uw beschrijving is nogal beeldbevestigend, alsof in deze kinderbijbels alleen maar dood en verderf wordt gezaaid.

„De bevindelijk gereformeerde kinderbijbels die erna komen zijn niet van dat soort zwaarte. Evert Kuijt bijvoorbeeld is een gewone hervormde jongen, bij hem tref je dit soort rigide dogmatieken niet aan. Ook de vertellingen van C. J. Meeuse zijn milder. Bovendien ben ik ook kritisch over sommige moderne en rooms-katholieke producten.

De grote keus in bevindelijke kring is altijd geweest: schrijf ik überhaupt een kinderbijbel? Ik was verrast dat er in die kring al eind jaren veertig kinderbijbels bestonden, omdat tegen de kinderbijbel vanouds bezwaren leven. Van Wijk heeft dan ook niet voor niets een aanbeveling van ds. G. H. Kersten opgenomen. Het schrijven van een kinderbijbel lag kennelijk niet zo eenduidig.”

Mede n.a.v. ”Zoo heerlijk eenvoudig. Geschiedenis van de kinderbijbel in Nederland”, door Willem van der Meiden; uitg. Verloren, Hilversum, 2009; ISBN 978 90 8704 120 5; 462 blz.; gebonden, geïllustreerd; € 35,-.

Van 10 december tot en met 5 april is in het Comenius Museum te Naarden een tentoonstelling over kinderbijbels te zien. Meer informatie: comeniusmuseum.nl.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer