Kerken naderen enkel spoor in pauselijk primaat
De Oud Katholieke Kerk (OKK) en de Rooms-Katholieke Kerk (RKK) houden zaterdag in Utrecht een conferentie over het dialoograpport ”Kerk en Kerkengemeenschap”. Het document wordt in een Nederlandse vertaling gepresenteerd.
Het dialoograpport, dat dit voorjaar in het Duits verscheen, is het slotdocument van de in 2003 opgerichte internationale rooms-katholieke en oud katholieke dialoogcommissie (IRAD). Beide kerken streven niet naar een leerstellige consensus tot in detail, maar naar een „gedifferentieerde consensus”: ze beschrijven de bereikte overeenstemming op kernpunten en leggen uit waarom de nog bestaande verschillen geen „kerk scheidende kracht” hebben.Het grote knelpunt op weg naar eenheid ligt voor de OKK bij de macht (jurisdictieprimaat) van de paus. Die zou onder andere tot uiting komen in de leer van de pauselijke onfeilbaarheid, in 1870 afgekondigd.
De oud katholieke emeritus hoogleraar prof. dr. J. Visser en P. Kohnen, woordvoerder van de RKK, zeggen desgevraagd dat beide kerken elkaar dicht genaderd zijn in hun opvattingen over het primaat van de paus.
Een open vraag blijft de Mariaverering, die de OKK afwijst. De RKK heeft juist weer moeite met de openstelling van de ambten voor vrouwen, zoals dat in de OKK gebruikelijk is. Ook zijn diverse geestelijken in de OKK ooit rooms-katholiek geweest. Hun hangt bij samengaan van beide kerken excommunicatie boven het hoofd vanwege „ketterij en schisma.” Het rapport geeft als mogelijke oplossing om voormalig rooms-katholieke geestelijken die een ambt vervullen in de OKK niet onder de jurisdictie van de RKK te laten vallen.
Daarnaast kennen beide kerken verschillende voorwaarden voor het gebruik van de zeven sacramenten. Zo erkent de OKK bij de ontbinding van een huwelijk „uit pastorale overwegingen” ook andere redenen dan het overlijden van een van de partners. Ook kunnen gescheiden en hertrouwde mannen of vrouwen in de OKK aan de sacramenten als de eucharistie (het avondmaal) deelnemen.
De tekst van het rapport ligt nu ter beoordeling bij de leiding van beide kerken. Het kan nog wel enkele jaren duren voordat zij een reactie geven, aldus prof. Visser. Wanneer beide kerken samengaan, is onbekend. Ook over het kerkmodel is nog geen helderheid. Kohnen zou zich een eigen juridische status van de OKK kunnen voorstellen, waarin een „legitieme diversiteit” is geoorloofd.
Volgens hem zal er geen sprake zijn van ‘terugkeeroecumene’. „Het eenheidsproces moet van twee kanten komen. Zo heeft paus Johannes Paulus II In 1995 met zijn encycliek Et unum sint (opdat zij één zijn) niet-rooms-katholieke kerken opgeroepen om mee te denken hoe het pauselijk primaat zo kan worden ingevuld, dat het geen struikelblok voor maar een bevordering is van eenheid.”
De OKK, ontstaan in de 18e eeuw, telt in Nederland bijna 6000 leden. Aan het hoofd staat de aartsbisschop van Utrecht, Joris Vercammen.
Het rapport is voor 4 euro te bestellen via bestel@rkk.nl.