Brede geregen armband
Kralen rijgen met meerdere draden lijkt moeilijker dan het is. Het is heel handig als je tijdens het rijgen het werk bijvoorbeeld op een stevig speldenkussen vastprikt. Je hebt dan overzicht.
Je kunt het beste rijgen met sterk, speciaal kralenrijggaren in dezelfde kleur van de kralen of met dun, sterk nylondraad (0,20 mm) . Kies het draad waarmee je wilt rijgen een beetje naar eigen voorkeur. Het voordeel van nylondraad is dat je tijdens het rijgen nooit door de draad kunt steken, wat bij dit patroon snel gebeurt met gewoon garen.Let erop dat de maten van de kralen die je gebruikt met elkaar overeenkomen. Ze moeten verder regelmatig en strak naast elkaar geregen zijn.
Materiaal:
dun sterk rijggaren of nylondraad (0,20 mm)
74 kunststof of glazen ronde parelkralen (4 mm)
74 glazen in facet geslepen kralen (4 à 5 mm)
37 fantasiekralen (4 à 5 mm)
een restje kleine kraaltjes (2 mm)
een platte sluiting met aan weerskanten vijf oogjes
twee rijgnaalden
Het patroon voor deze armband bestaat uit vijf toeren. Rijg toer voor toer met twee werkdraden. Hecht een lange dubbelgevouwen draad met een zogenaamde aanhechtingsknoop (tekening 1) aan het eerste oogje van de sluiting. Er ontstaan twee werkdraden. Doe de naalden elk aan een draad. Splits ze in draad 1 en 2. Draad 1 is de linker- en draad 2 de rechterdraad.
Rijg regelmatig. Rijg drie kleine kraaltjes en een parel aan draad 1 en drie kleine kraaltjes aan draad 2. Steek de naald van beneden naar boven, dus andersom door de parel van de eerste draad (tekening 2). Trek de draden aan. Ze kruisen elkaar automatisch: dus de eerste draad wordt de tweede en andersom. * Rijg een kleine kraal en een parel aan draad 1 en een klein kraaltje aan draad 2, steek de naald van die draad van beneden naar boven door de parel van de eerste draad. Trek de draden aan.
Herhaal dit vanaf * tot je de juiste lengte hebt geregen (37 parels). Eindig als volgt: rijg drie kleine kraaltjes aan elke draad. Bevestig de draden stevig aan het eerste oogje van de sluiting en knoop de draden drie dubbel op elkaar en steek de uiteinden terug door de kralen.
Hecht een nieuwe dubbelgevouwen draad aan het tweede oogje van de sluiting. Splits ze in draad 3 en 4. Draad 3 is de linker- en draad 4 de rechterdraad. Rijg twee kleine kraaltjes aan draad 3, steek de naald van boven naar beneden (tekening 3) door het derde geregen kraaltje van draad 2 van de vorige toer en rijg een glazen kraal aan die draad.
Rijg drie kleine kraaltjes aan draad 4 en steek de naald van die draad van beneden naar boven door de glazen kraal van draad 3 en van boven naar beneden door het volgende kleine kraaltje van de vorige toer (toer 1). *
Rijg een glazen kraal aan draad 3 en een klein kraaltje aan draad 4, steek de naald van die draad van beneden naar boven door de glazen kraal en van boven naar beneden naar het volgende kleine kraaltje van draad 2 van de vorige toer. Herhaal dit vanaf * tot de laatste parel van de vorige toer.
Eindig als volgt: rijg twee kleine kraaltjes aan draad 3 en drie kleine kraaltjes aan draad 4. Hecht en werk de draden stevig af. Rijg op deze manier toer 3 (draden 5 en 6 met de fantasiekralen), toer 4 (draden 7 en 8 glazen kralen) en toer 5 (draden 9 en 10 parels).