Provincie wil extra onderzoek milieuvergunning Merwedehaven
De provincie Zuid-Holland heeft maandag bij de Raad van State drie maanden langer de tijd gevraagd om te onderzoeken of de milieuvergunning voor de afvalstort in de Dordtse Derde Merwedehaven al dan niet moet worden aangescherpt.
Voor de bezwaarmakende Sliedrechters, verenigd in de Stichting Derde Merwedehaven, is dat het zoveelste bewijs dat Zuid-Holland er alles aan doet om een door Europese regels verplichte aanscherping van de milieuvergunning te vertragen.Nadat de Raad van State afgelopen mei de provincie Zuid-Holland nog zes maanden de tijd gaf om de milieuvergunning voor afvalstort in de Derde Merwede-haven aan te scherpen, deelde het provinciebestuur maandag aan de raad mee dat ze in totaal negen maanden de tijd nodig heeft voor de beslissing wegens te volgen onderzoek.
„Het gaat om een complexe situatie en we moeten nog uitgebreid onderzoek doen naar de Seloxontzwavelingsinstallatie”, aldus een woordvoerder van de provincie.
De Stichting Derde Merwedehaven is verbijsterd over de zoveelste vertragingsactie van Zuid-Holland en stapte maandag naar de Raad van State. „Wij hebben eind 2007 al gevraagd om een aanscherping van de milieuvergunning, dat wees de provincie ten onrechte af. Nu heeft de provincie opeens weer extra tijd nodig om te bekijken of de vergunning al dan niet moet worden aangescherpt. Terwijl de Europese richtlijnen helder zijn. Europa eist betere milieutechnieken voor de verlaging van de uitstoot van stof en zwavelverbindingen”, zei Johan Vollenbroek, woordvoerder van de stichting.
De Raad van State stond tijdens de behandeling van de zaak niet afkeurend tegenover de uitstelaanvraag van de provincie.
De provinciewoordvoerder zou volgens de stichting gisteren overigens niet precies hebben uitgelegd waarom de zaak sinds mei nu zo veel ingewikkelder is geworden.
Mocht de raad de provincie nog eens drie maanden uitstel geven dan vrezen de bezwaarmakers dat het hek van de dam is en dat de vergunning voor de vuilstort pas in 2010 of 2011 zal worden aangescherpt.
„Dat geeft de provincie weer de tijd om snel even zwaar verontreinigde grond uit de zellingen langs de IJssel te storten. Ook staat de provincie toe dat er veel meer asbesthoudend afval wordt gestort dan mag. Dat is de belangrijkste reden voor de vertragingstactieken. Het wordt tijd dat de Raad van State dat afstraft”, aldus Vollenbroek.
De provinciewoordvoerder betoogde dat de drie maanden echt nodig zijn en dat Zuid-Holland op 20 februari volgend jaar met een beslissing over de aanscherping komt.
Uitspraak volgt over enkele weken.