Het ICC had in juni al laten weten een proces te beginnen tegen Bemba. Het hof heeft voldoende bewijs tegen hem verzameld.ICC–hoofdaanklager Luis Moreno Ocampo houdt Bemba verantwoordelijk voor oorlogsmisdaden die zijn militie in 2002 en 2003 zou hebben gepleegd in buurland Centraal–Afrikaanse Republiek. De oud–vicepresident zou zijn mannen hebben aangespoord zoveel mogelijk te moorden, te verkrachten en te plunderen. Volgens de aanklagers is Bemba verantwoordelijk voor de daden van zijn mannen, juist vanwege zijn instructies.

Bemba (geboren in 1962) bouwde in het toenmalige Zaïre een gigantisch zakenimperium op. Na de val van dictator Mobutu Sese Seko in 1997 moest hij echter vluchten. Hij kwam aan het hoofd te staan van de Beweging voor de Bevrijding van Congo (MLC), een rebellenbeweging waarmee hij grote delen van het oosten van Congo in handen kreeg.

President Ange–Félix Patassé van de Centraal–Afrikaanse Republiek vroeg Bemba in 2002 een opstand in zijn land neer te slaan. Daarin slaagde hij echter niet. Het bewind van Patassé kwam ten val en de nieuwe regering vaardigde in 2004 een arrestatiebevel tegen Bemba uit. Bemba bleef buiten schot, omdat hij inmiddels vicepresident in Congo was geworden. Na een geweldsgolf in 2007 moest hij naar Europa vluchten. Op verzoek van het ICC werd hij vorig jaar aangehouden in Brussel.

De zaak tegen Bemba wordt het vierde proces bij het ICC sinds het hof in 2002 van start ging. In september begon de zaak tegen de Congolese militieleden Germain Katanga en Mathieu Ngudjolo Chui, die verantwoordelijk worden gehouden voor een bloedbad in een Congolees dorp in februari 2003. Daardoor kwamen ongeveer tweehonderd burgers om, onder wie vrouwen en kinderen.

Begin dit jaar ging het proces tegen de Congolese politicus Thomas Lubanga van start. Hij wordt verdacht van het ronselen en inzetten van kindsoldaten.