Balkenende liet weten dat hij even bezorgd is als de vele miljoenen die afgelopen weekeinde betoogden tegen een Amerikaanse militaire actie tegen Irak. Het was voor het eerst dat de premier zo duidelijk sprak over de negatieve kant van een militair ingrijpen.

Afgelopen maandag bij de EU-top in Brussel zei Balkenende nog dat de tijd voor de Iraakse leider Saddam Hussein op is en dat de militaire druk moet worden opgevoerd. Vorig jaar september zei hij al dat Saddam keihard moet worden aangepakt als hij niet meewerkt met de VN-wapensinspecteurs.

Balkenende is nog steeds voluit van mening dat militaire druk nodig is om Saddam Hussein te bewegen mee te werken met de inspecteurs, maar zijn toon was woensdag aanmerkelijk milder dan voorheen.

„Ik zie de gevoelens en zorgen van mensen. Zij raken ook mij. De regering mag natuurlijk nooit voorbijgaan aan de gevoelens over een eventuele militaire actie, want iedereen weet wat de consequenties daarvan zijn. Niemand wil oorlog en iedereen maakt zich zorgen over de effecten. Ik ook.”

Minister Kamp van Defensie probeerde angst voor eventuele terroristische aanslagen op Amerikaanse militaire transporten in Nederland weg te nemen. Gevoelig materiaal, zoals wapensystemen en nachtkijkers, wordt volgens hem adequaat beveiligd.

Over eventueel transport van Amerikaanse kernwapens kon hij niets zeggen. Maar uit zijn woorden viel op te maken dat er geen sprake is van dergelijke transporten door Nederland. De Amerikanen vervoeren al hun bulkmunitie, waartoe ook kernwapens worden gerekend, via een Duitse haven.

In het debat beklaagden de linkse oppositiepartijen zich erover dat ze pas maandagochtend vroeg door het kabinet zijn geïnformeerd over de Amerikaanse militaire transporten. Op dat moment reed de eerste trein met Amerikaans militair materieel al richting de haven van Rotterdam.