Herdenking leidt tot onrust in Iran
TEHERAN (ANP/AFP/RTR) – Duizenden mensen zijn woensdag in Teheran de straat opgegaan om het begin van de bezetting van de Amerikaanse ambassade in de Iraanse hoofdstad te herdenken. Bij het gebouw in het centrum van Teheran riepen demonstranten leuzen tegen de Verenigde Staten en Israël.
Op 4 november 1979 bezetten radicale studenten de Amerikaanse ambassade in Teheran als steunbetuiging aan de Iraanse Revolutie. Meer dan vijftig mensen werden gegijzeld. Na 444 dagen kwam een einde aan de bezetting. De studenten vonden dat Amerika te veel invloed op Iran had.In een verklaring op de website van het Witte Huis riep de Amerikaanse president Barack Obama Iran woensdag op de banden met de Verenigde Staten aan te halen. „Iran moet kiezen. We hebben dertig jaar lang gehoord waar de Iraanse regering tegen is; de vraag is nu voor welke toekomst ze zijn".
De bezetting van de ambassade „zette de VS en Iran op een pad van aanhoudende achterdocht, wantrouwen en confrontatie", aldus Obama. Volgens de president moet Teheran nu besluiten of het zich op dat verleden wil richten, of dat het „de keuzes maakt die de deur zullen openen naar grotere kansen, voorspoed en gerechtigheid voor zijn volk".
De oppositie greep de herdenking woensdag aan om opnieuw te demonstreren tegen het bewind van president Mahmoud Ahmadinejad. De oproerpolitie trad hard op tegen de betogers, die veelal groene banden en sjaals droegen. Deze kleur werd veel gedragen tijdens grote protesten na de presidentsverkiezingen in juni, die met geweld werden neergeslagen. Daardoor kwamen ten minste dertig mensen om. Duizenden mensen werden gearresteerd, van wie er nog ongeveer tweehonderd vastzitten.
Oppositieleider en oud–presidentskandidaat Mirhossein Mousavi zou zich woensdag niet bij de betogers hebben kunnen voegen. Bewakers zouden hebben voorkomen, dat hij zijn huis kon verlaten. Een andere voormalige presidentskandidaat, Mehdi Karroubi, schaarde zich wel enige tijd onder de demonstranten. Agenten zetten traangas in om de menigte uit elkaar te jagen en zouden demonstranten hebben gearresteerd. Het Iraanse staatspersbureau IRNA meldde dat betogers vuilnisbakken in brand hadden gestoken en een bus aangevallen zouden hebben.
Volgens een oppositiewebsite werd er ook geschoten. Een aantal personen zou gewond zijn geraakt. De berichten zijn niet te controleren, omdat westerse media sinds de tumultueus verlopen presidentsverkiezingen in juni worden tegengewerkt.
De autoriteiten hadden al gewaarschuwd illegale protesten uiteen te zullen jagen. Alleen anti–Amerikaanse betogingen werden toegestaan. Duizenden politieagenten en medewerkers van veiligheidsdiensten en regeringsgezinde milities waren nadrukkelijk aanwezig in de straten van Teheran om de oppositie af te schrikken.
Het Witte Huis heeft laten weten de situatie in Iran goed in de gaten te houden en dat de Amerikaanse regering hoopt dat de situatie niet uit de hand loopt.