Volgens de onderzoekers is er een grote overeenkomst tussen de manier waarop pedofielen en loverboys op het internet te werk gaan. Via zoekmachines zoeken ze hun slachtoffers op leeftijd, geslacht, woonplaats, hobby’s en eventueel opleidingsniveau uit. Volgens de onderzoekers zijn de meisjes op internet nog kwetsbaarder. De loverboys kunnen meer controle uitoefenen en er zijn geen derden die het contact kunnen verstoren. Bovendien geven de meisjes zich via internet sneller bloot. Soms letterlijk, waardoor de loverboys hun slachtoffers kunnen afpersen.De onderzoekers stellen dat het internet uitermate geschikt is voor taboes als jongensprostitutie en de exploitatie van minderjarigen. De slachtoffers worden op tal van manieren uitgebuit, waaronder drugshandel, het afsluiten van leningen en telefoonabonnementen en het huren van auto’s op de naam van het slachtoffer. De loverboys richten zich volgens de onderzoekers dus niet alleen op mensenhandel, maar kijken waarmee ze het gemakkelijkste en meeste geld mee kunnen verdienen.

De uitkomsten van het onderzoek zijn bij de bestrijding van mensenhandel. De politie Rotterdam–Rijnmond gaat meer ’surveilleren’ op het internet op zoek naar dergelijke praktijken.