Buitenland

Grootste betoging ooit in Dublin

Op 20.000 betogers hoopten de organisatoren van de antioorlogmars in Dublin. Daarmee moest het de grootste betoging in Ierland in 25 jaar worden. Met 100.000 demonstranten werd het de grootste betoging ooit.

Van onze correspondent
17 February 2003 12:38Gewijzigd op 14 November 2020 00:08

Op het perron van Tipperary staan afgelopen zaterdag de mensen te dringen voor de trein naar Dublin. De opgewonden gesprekken gaan bijna zonder uitzondering over de dreigende oorlog met Irak. De trein uit Cork -met 180.000 inwoners de tweede stad van Ierland- arriveert, en wij moeten staan.

Als we rond het middaguur op Parnell Square in het hartje van Dublin lopen, blijkt al snel dat er heel wat meer mensen komen dan de door de organisatie gehoopte 20.000. Wie van tevoren zijn oor te luisteren had gelegd, had kunnen weten hoe groot de angst onder de Ieren is. Waar alle ontmoetingen altijd beginnen over het weer, is nu al wekenlang de dreigende oorlog gesprek van de dag.

Het aan de westkust gelegen vliegveld Shannon is de belangrijkste doorvoerhaven voor Amerikaanse militairen. Met de neutraliteit van Ierland in het geding volgden protestacties op het vliegveld, bang als de Ieren zijn voor aanslagen. Minister van Buitenlandse Zaken Brian Cowen verklaarde vervolgens dat militair neutraal niet hetzelfde is als politiek neutraal. Hiermee konden de Ieren het doen.

Kerken, vakbonden en politieke partijen hadden opgeroepen te komen demonstreren. Toch had niemand op zo’n massale opkomst gerekend. De politie was uitgegaan van tussen de 10.000 tot 15.000 betogers, de organisatie hoopte op 20.000, het werden er ruim 100.000.

Voor aanvang van de mars spreekt Carol Fox van de medeorganiserende Peace and Neutrality Alliance de menigte toe. „De Ierse regering heeft het land te schande gezet door ondersteuning te verlenen aan een illegale en immorele oorlog.” Als Fox vervolgens roept dat alleen de publieke opinie staat tussen Bush, Blair en oorlog, volgt een langdurig applaus.

Eén grote dansende Ierse familie vertrekt vanaf Parnell Square richting het ministerie van Buitenlandse Zaken. Het heeft veel weg van het binnenhalen van prins carnaval, ware het niet dat er zoveel spandoeken met leuzen te zien zijn. Een jonge vrouw loopt met een spandoek in haar handen. Aan haar been hangt een meisje van zo’n zes jaar oud. Haar betraande gezicht laat zien dat zij die drukte maar niets vindt. De vrouw uit Killross vertelt dat zij deze enige kans om haar stem te verheffen heeft aan gegrepen. „Het kan toch niet zo zijn dat onschuldige Irakese kinderen sterven omdat de Amerikanen alleen maar uit zijn op olie.” Zij is met haar hele gezin naar Dublin gekomen, en is duidelijk niet de enige. Jong en oud loopt mee. Een oude man met een geruit petje staat aan de kant te kijken naar de voorbijtrekkende menigte. Hij loopt niet mee, maar steunt wel de mars. Hij heeft bij de verkiezingen op premier Bertie Ahern gestemd, maar is het nu grondig met hem oneens. „We hebben onze neutraliteit met zoveel lijden gekocht, die mogen we nu niet zomaar verpatsen.”

Trommels en beschilderde gezichten begeleiden een deinende menigte richting het ministerie van Buitenlandse Zaken. Een man met een dikke sjaal om zegt vooral mee te dansen om een beetje warm te blijven in de snijdende koude wind. Onder de demonstranten loopt ook een uit Irak afkomstige Koerd, hij is tegen de oorlog en tegen Saddam Hussein. In de 2 kilometer lange stoet lopen vertegenwoordigers uit bijna alle geledingen van de Ierse bevolking mee. Alleen de regeringspartijen ontbreken. Het officiële standpunt van de regering luidt dat Irak onvoorwaardelijk moet meewerken aan een de VN-resolutie en anders de gevolgen onder ogen moet zien. En wat te denken van de uiterst krachtige, nietszeggende oproep van de regering aan de vier Europese leden van de Veiligheidsraad. „Kom tot een gezamenlijk standpunt, stel duidelijk wat Irak moet doen, binnen welke tijd en wat anders de reactie van de VN zal zijn.” Wat de regering denkt over een aanval door een door de VS geleide groep landen zonder VN-steun, laat alleen maar raden.

Aan het einde van de demonstratie spreken leiders van vakbonden, kerken en andere organisaties de menigte toe. Ze hebben één grote boodschap: geen troepen op Shannon, en geen steun aan een oorlog met Irak. Toch is de stemming onder de demonstranten niet echt anti-Amerikaans. Daarvoor hebben de Ieren een te nauwe band met de VS, waar meer Ieren wonen dan in Ierland zelf. Alleen president Bush komt er bekaaid af. Een protestbord op de buggy van de vijftien maanden oude Aloise Roche uit Wexford pakt de heersende mening in een paar woorden treffend samen: ”Geen bloed voor olie, geen troepen op Shannon”.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer