„Een kind is zo enorm kwetsbaar”
Een vader houdt zijn aansteker net zo lang onder de hand van zijn 2-jarig zoontje tot deze begint te gillen. Kindermishandeling blijkt een hardnekkig probleem. Ook in de gereformeerde gezindte.
Af en toe komt er een schrijnend geval naar buiten. Een bericht uit de krant. Talissa, een meisje, een paar maanden oud. Doodgeslagen tegen de muur door haar ouders. Savanna is een andere bekende naam in dit dossier.De situatie is ernstig. Het aantal onder toezicht geplaatste ouders in de achterban van de SGJ is in vijf jaar tijd verdubbeld. Procentueel gezien worden de meeste gevallen van ondertoezichtstelling (ots) opgelegd in het bevindelijke deel van de achterban.
Erik-Jan Verbruggen van de Vluchtheuvel „schrikt” van de cijfers. De regiomanager van de hulpverleningsorganisatie van de Gereformeerde Gemeenten, auteur van de recent uitgekomen brochure ”Geen veilig thuis” over kindermishandeling, kan de cijfers echter wel plaatsen. „Landelijk neemt het aantal ots’en ook toe.” Hulpverleners en rechters spelen meer „op safe” en kiezen eerder voor deze maatregel.
Tegelijk blijft de oorzaak van het „opvallend hoge” aantal ots-gevallen in de gereformeerde gezindte een „grote vraag.” „Ik weet het eigenlijk niet. De geslotenheid van gezinnen kan een rol spelen. Mensen vinden het moeilijk hulp te vragen. Als de situatie is geëscaleerd, is er weinig meer te redden.”
Verbruggen krijgt als hulpverlener te maken met alle mogelijke maatschappelijke problemen, van echtscheiding tot drankgebruik, van huiselijk geweld tot seksueel misbruik. Kindermishandeling dient zich in verschillende soorten aan: emotionele en lichamelijke verwaarlozing en seksueel misbruik. „Gevallen van kindermishandeling worden ingewikkelder, escaleren ook sneller.”
Verbruggen kan –„helaas”– zonder moeite schrijnende gevallen opsommen. „Een vader die een aansteker houdt onder de hand van zijn 2-jarige zoontje, kinderen die tijdens een echtscheiding heen en weer worden geslingerd tussen de ouders, kinderen die ’s avonds om tien uur zonder jas buiten lopen omdat ouders aan de drugs zijn.” Voorbeelden die ook de gezindte niet vreemd zijn.
Kinderen komen door mishandeling in de knel, lopen soms lichamelijk letsel op en raken vaak psychisch beschadigd. „Kinderen zijn zo ongelooflijk kwetsbaar.” Elk jaar overlijden naar schatting meer dan honderd kinderen aan de gevolgen van mishandeling. „Ik houd er rekening mee dat er ook in de gereformeerde gezindte doden vallen”, verklaart Verbruggen.
Verbruggen wijst erop dat ambtsdragers, leerkrachten en hulpverleners veel doen om de problemen het hoofd te bieden. „De nood wordt alom geproefd. Velen zijn serieus bezig ouders toe te rusten, met opvoedingsondersteuning en bezinningsavonden. Gods Woord reikt een schat aan gegevens aan voor de opvoeding.”
Ondanks alle inzet groeit het probleem, erkent Verbruggen. „Er blijkt sprake te zijn van een hardnekkig verschijnsel. Je loopt aan tegen de pedagogische onmacht van ouders. Moeite met de opvoeding en mishandeling hebben alles met elkaar te maken.”
Een pasklare oplossing ziet de hulpverlener niet. „We worstelen met deze nood. Wie het weet, mag het zeggen. Deze problematiek los je niet op met een paar psychologische trucjes. Er gebeurt veel, maar het lijkt niet meer dan een druppel op een gloeiende plaat. Je realiseert je hoe klein onze kracht maar is.”
Verbruggen wijst op de diepere oorzaken van de moeilijkheden. „We merken in ons werk heel nadrukkelijk dat er een geestelijke strijd achter schuil gaat. We krijgen veel te maken met overspel en veel met opvoedingsproblemen. Het lijkt wel of de duivel zijn pijlen vooral op het christelijke huwelijk en de opvoeding richt. Als de duivel die kan raken, dan raakt hij de kern van het christelijk getuigenis.”
De hulpverlener verwijst naar een recente pleidooi van de Amersfoortse predikant ds. W. Visscher voor een biddag voor de jeugd. „Dat is me uit het hart gegrepen. We moeten eenparig het aangezicht van de Heere zoeken voor onze kinderen. Misschien hebben we een profetisch geluid nodig om te zeggen wat we moeten doen.”