Het muntgeld belandt steeds vaker in de kluizen van De Nederlandsche Bank (DNB), het centrale inzamelpunt voor het binnenkort waardeloze geld. Eerder dit jaar bleek al dat het papiergeld, en dan vooral de hogere coupures, uit de circulatie raakte.

Vergeleken met het jaar ervoor is het aantal munten in omloop in november met 7,7 procent afgenomen. De totale waarde van de munten in ieders portemonnee zakte 13,6 procent tot 2,4 miljard gulden (1,1 miljard euro). Vooral de rijksdaalder en het vijfje worden minder gebruikt.

Belangrijke oorzaak voor de afnemende munthoeveelheid waren de zogeheten spaarweken. Van half oktober tot begin december konden jongens en meisjes hun spaarvarkens en piekpijpen storten bij de bank. Naar schatting 600 miljoen munten zijn in die periode ingeleverd. Daarmee komt het aantal geldstukken dat nog thuis ligt op circa 900 miljoen. Naar schatting 1,5 miljard ’oude’ munten zijn nog daadwerkelijk in omloop.

Na de duizendjes en de coupures van 250 gulden, die vanaf maart werden ingewisseld, belandden nu meer en meer biljetten van 50 en 100 gulden bij de banken. In november lag de circulatie van honderdjes (18 procent) en vijftigjes (19 procent) onder het niveau van november 2000. In september bedroeg de daling nog ruim 10 procent voor beide coupures.

Door de toestroom naar de banken lag in november het aantal biljetten in circulatie 14,5 procent lager dan het jaar ervoor. In waarde is er sprake van een afname van ruim 27 procent tot 26,7 miljard gulden (12,3 miljard euro).

Voorraad op
De belangstelling voor de euromunten blijft inmiddels onverminderd groot. Ook zaterdag hebben veel mensen hun Eurokit afgehaald en consumentenzakjes met munten gekocht. Zaterdagmiddag waren de eerste supermarkten al door hun voorraad zakjes heen. „Er is veel belangstelling voor de munten. Gelukkig kunnen de winkels bijbestellen”, zegt M. Boer van het Centraal Bureau Levensmiddelen (CBL).

„De bodem van de schatkist komt bijna in zicht”, meldt S. Sterk van de Postkantoren BV. „Voor het einde van het jaar zijn we door de wenmunten heen.” Volgens Sterk zijn het niet alleen consumenten die de zakjes kopen. „Winkeliers slaan ook in, soms hele dozen tegelijk.” Hij noemt het opvallend dat de klanten de rijen in de postkantoren voor lief nemen. „Euro’s ophalen is leuk en gezellig.”

De munten mogen pas op 1 januari 2002 worden gebruikt. Vanaf die datum is de euro een wettig betaalmiddel. Pas dan kan de consument aan eurobiljetten komen. Tot 28 januari 2002 kan met zowel met guldens als met euro’s worden betaald. Daarna is het gedaan met de gulden.

De verkoop van de eerste euromunten is tot nu toe in vrijwel alle deelnemende landen een groot succes. Vooral gedreven door nieuwsgierigheid schaften al tientallen miljoenen burgers een zakje aan. Alleen in Spanje deden zich problemen voor. Finland is al bijna door zijn voorraad heen.

Alleen in Nederland kunnen alle burgers ook een gratis setje afhalen. Zaterdag begon de verkoop in België, Luxemburg, Italië, Spanje, Finland en Oostenrijk. Maandag volgen Duitsland, Portugal en Griekenland. Alleen in Ierland was de ontvangst van de nieuwe munten tot nu toe vrij lauw. In de andere landen toonden de burgers zich gretig.