AIVD beraadt zich op stappen in lekzaak
Inlichtingendienst AIVD beraadt zich op eventuele verdere stappen na de uitspraak van het gerechtshof in Den Haag dinsdag. Dat rechtsorgaan oordeelde dat de dienst de hoofdredactie van De Telegraaf en verslaggeefster Jolande van der Graaf van de krant niet mag en had mogen afluisteren in de zogenoemde AIVD–lekzaak. Het hof bekrachtigde een eerdere uitspraak van de kortgedingrechter in Amsterdam.
Volgens het hof is er in deze kwestie geen sprake geweest van zo’n direct gevaar voor de nationale veiligheid op korte termijn dat het gerechtvaardigd was om de journalisten van De Telegraaf af te luisteren. Dat is een te zware inbreuk op hun rechten geweest. De inlichtingendienst had het lek namelijk ook op een andere manier op het spoor kunnen komen, namelijk door te rechercheren binnen de eigen organisatie. Daarvoor was en is het afluisteren van de hoofdredactie en Van der Graaf niet noodzakelijk, aldus het hof.De AIVD is het daarmee niet eens. „Het hof erkent dat het lekken van staatsgeheimen door een medewerker van de AIVD de nationale veiligheid kan schaden, maar is het niet eens met de manier waarop de AIVD zijn onderzoek naar het lek heeft uitgevoerd", constateert de dienst in een verklaring. „Het hof beschikte niet over alle achterliggende informatie. Deze informatie kon niet in een openbare zitting aan het hof worden verstrekt, omdat de AIVD wettelijk verplicht is zijn bronnen, werkwijze en actueel kennisniveau te beschermen".
De inlichtingendienst wijst erop dat de Commissie van Toezicht op dit moment de rechtmatigheid van het handelen van de AIVD onderzoekt. „De commissie heeft hierbij, in tegenstelling tot het hof, wel beschikking over alle informatie", benadrukt de AIVD.