Heart Cry
D. Post (RD 26-9) wil de geest achter Stichting Heart Cry onderzoeken. Hij stelt vragen bij de betrokkenheid op de kerk, maar vermeldt niet wat Arjan Baan en John Kamphuis schrijven in het door hem gewraakte stuk (RD 13-7). „Wat wij willen benadrukken, is dat wij de reformatorische gezindte over de gehele linie met al haar herders hartelijk liefhebben.”
Zijn verwijt van jeugdige overmoed en onbezonnenheid gaat voorbij aan wat de Schrift zegt in 1 Timotheus 4:12, Jeremia 1:6-9 en Daniël 1:3-6. Juist de profeten die Israël van zonden terugriepen, waren jong en zeker jonger dan de leiding van Heart Cry.Post noemt de kerk een instituut. Maar de kerk is geen instituut, maar het lichaam van Christus, zoals blijkt uit de Bijbel en de Nederlandse Geloofsbelijdenis.
Post heeft het over „minder dogmatisch.” Echter, de Geest leert en doet ondervinden naar wat in de Schrift gegeven is en legt Zijn oor niet te luisteren bij dogma’s door mensen geformuleerd. De Schriftuurlijke leer van heiligmaking wordt sporadisch vanaf kansels geleerd. Zeer grote delen van de Schrift komen nimmer onder de aandacht, waardoor bekeerden worden belemmerd in een opwassen in kennis en genade en de kracht van Christus’ opstanding ongebruikt blijft.
Te hopen is dat ouderen jongeren zó lief hebben dat ze hen aanraden bijeenkomsten van Heart Cry te bezoeken, waar de héle Schrift tot zijn recht komt.
D. C. Bokkers
’s-Gravenhage
Ds. P. Korteweg en ds. N. den Ouden spraken op de bondsdag voor de Hersteld Hervormde Vrouwenbond, onder andere over de doop (RD 2-10).
Het is de opdracht van een predikant de gemeente van Christus te leiden in de grazige weiden van het Woord en de onbekeerden op te roepen tot bekering. Het kan niet zo zijn dat een predikant in het openbaar medechristenen veroordeelt. Dat dat in de toespraak van ds. Korteweg wel gebeurt, is niet goed. Wij voelen ons ook bezeerd als door anderen een karikatuur van onze opvattingen wordt gemaakt.
Uit de Schrift blijkt nergens dat kleine kinderen niet gedoopt mogen worden, stelt ds. Korteweg. Dat klopt, dat staat er ook niet. Maar waar staat dat ze wel gedoopt mogen of moeten worden? We zijn in onze kringen zo selectief geworden in ‘letterlijk’ schriftgebruik. Wat ons te pas komt, nemen we letterlijk en bij een volgend geval doen we aan inlegkunde.
Ik kan mij niet aan de indruk onttrekken dat wij dingen in de (kinder)doop leggen die er helemaal niet in liggen. Waar lees ik trouwens in de Schrift dat God mij heeft gekroond met Zijn belofte? Laten we toch niet denken dat wij een streepje voor hebben bij God, omdat wij gedoopt zijn.
God wil dat wij ons bekeren en Zijn geopenbaarde wil is dat wie de Naam des Heeren zal aanroepen, zalig zal worden.
Mevr. M. A. Stolker-van Waveren
Lekkerkerk
In de krant stond op de kerkpagina (RD 5-10) een bericht met de kop ”Nieuwe brief aan PKN over islam”. Deze kop is onjuist. Het was geen nieuwe brief, maar we hebben vragen beantwoord die bij de Raad van Kerken waren binnengekomen in reactie op de eerder gepubliceerde Open Brief.
Dr. J. Kronenburg
Zeist
De Tempelberg is een heilige plaats voor Joden, moslims en christenen, zo lazen wij in de krant (RD 6-10).
Mijn vraag is: voor welke christenen geldt dat nog?
In Jeruzalem meet het tempelplein 144.000 vierkante meters. Dat is het getal van Gods volk.
Oost Jeruzalem ligt op drie heuvels, drie bergen en drie dalen. Tussen Beth-El, Samaria en Bethlehem in Judea. Van de onvolmaaktheid naar de volmaaktheid.
Klaas Hoekstra
Nijkerk
Wij hebben met verbazing het stukje van A. de Korte gelezen (RD 6-10).
Als de overheid het slaan van kinderen verbiedt, hebben wij de overheid te gehoorzamen. Dat betekent echter niet dat wij Gods Woord in twijfel moeten trekken.
Fam. E. Landman
’s-Gravenpolder