Wij behandelen aanvraag bordeel puur zakelijk”
Ondanks het nulbeleid dat de gemeente Elburg hanteert, worden aanvragen voor de vestiging van een bordeel wel in behandeling genomen. Dat zegt burgemeester drs. H. Visser van Elburg. „Wij beoordelen zoiets zakelijk, op z’n merites.”
December vorig jaar kwam bij de gemeente Elburg de aanvraag binnen voor de vestiging van een sekshuis in Doornspijk. De gemeente heeft zich altijd gekant tegen de komst van dergelijke voorzieningen en heeft dit zelfs tot voor de Raad van State verdedigd.
Dat Elburg de aanvraag voor een bordeel toch in behandeling neemt, heeft volgens burgemeester Visser te maken met de betrouwbaarheid die de gemeente wil uitstralen. Bovendien heeft het volgens hem weinig zin om te schermen met het gemeentelijke nulbeleid. Daarvan is het maar de vraag of dat houdbaar is, mocht het tot een rechtszaak komen. „Als we de aanvraag formeel en correct afhandelen en dán tot een afwijzing komen, staan we veel sterker.”
Toch maakte de aanvraag op het gemeentehuis niet erg veel indruk, zegt Visser. Belangrijkste reden: op de locatie in het buitengebied waar de aanvrager beginnen wil, mag vrijwel niets gebouwd worden. „Zelfs een aanvraag voor de bouw van een schuilgelegenheid voor paarden op dezelfde plek is eerder afgewezen.” Het verzoek van de indiener, garagehouder W. Bosch uit Doornspijk, werd dan ook gewoon in behandeling genomen. „We hebben gevraagd wat hij wilde en waar. Vervolgens is formeel gekeken of de aanvraag in het bestemmings- en bedrijfsplan paste.” Met de afwijzing door het college blijkt dat nu niet het geval te zijn.
Volgens Visser zit in Doornspijk bijna niemand op een bordeel te wachten. „Er is nog niet zo veel onrust, maar mensen vinden het allesbehalve leuk dat er een aanvraag is ingediend. Het algemene gevoelen is toch dat men dit niet wil. Daarin onderscheidt het dorp zich naar mijn indruk niet veel van de rest van Nederland. Ik denk dat maar weinig mensen graag naast een sekshuis wonen.”
De burgemeester denkt dat het moeilijk wordt om te bereiken dat er op geen enkele plek in zijn gemeente een bordeel mag komen. Maar in dit geval kostte het weinig moeite de aanvraag af te wijzen. „Je moet dit per geval bekijken. Wij zeggen nee, en ik denk dat we daar goede gronden voor hebben.” Als het tot een rechtszaak komt, ziet hij die met vertrouwen tegemoet. „Uiteindelijk moet de rechter bepalen of dat in dit geval kan. Maar het is nog niet gezegd dat we voor de rechter eindigen.”
Visser is teleurgesteld over het feit dat het nulbeleid door de rijksoverheid niet wordt gesteund. „We hebben daarover een brief gestuurd aan minister Donner van Justitie. Helaas kwam die niet met het signaal dat wij hoopten te krijgen. Het is jammer dat hij dit niet oppikt.”