Dat blijkt uit een onderzoek onder ruim 1300 jongeren, dat de Universiteit Utrecht deed in opdracht van de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding. De uitkomsten werden woensdag bekendgemaakt.Sympathie voor moslimradicalisme of rechts-radicalisme vindt ook een voedingsbodem als een groep zich bedreigd voelt door andere groepen in de samenleving. Dit speelt vooral een grote rol bij autochtone rechtse jongeren, zo stellen de onderzoekers. De aanwezigheid van andere culturen in Nederland bedreigt naar hun gevoel hun Nederlandse identiteit.

Al deze factoren kunnen ertoe leiden dat jongeren boos zijn op de maatschappij. Die boosheid kan weer leiden tot gewelddadig en ander kwetsend gedrag.

De onderzoekers hielden een aantal interviews met zowel relatief radicale moslimjongeren als met extreem rechtse jongeren. Beide groepen zeiden te begrijpen waarom iemand terrorist wordt. Wel gaven de geïnterviewden vrijwel allemaal aan terrorisme expliciet af te wijzen.