Overheid stelt vast wat kind moet kunnen
Over de reken- en taalvaardigheid van jongeren wordt allerwegen geklaagd. Maar wát moet een leerling in groep 8 nu precies kunnen?
In een woensdag verzonden brief aan de Tweede Kamer geeft het kabinet het antwoord. In diverse voorbeeldsommen en taalopgaven laten de staatssecretarissen Dijksma en Van Bijsterveldt zien waartoe een kind van 12 jaar, maar ook een leerling aan het einde van het vmbo of het vwo in staat moet zijn.Zo moet een havist raad weten met de opdracht: „Schrijf 0,85 miljoen met cijfers”, en moet hij doorhebben dat het werkwoord in de zin: „Het meisje tekent mooie bloemen”, met een t wordt geschreven.
In een door het ministerie opgesteld ”referentiekader taal en rekenen” staat nauwkeurig wat leerlingen op diverse momenten in hun schoolcarrière moeten kunnen. Dat geeft duidelijkheid aan ouders en leerkrachten.
De referentieniveaus worden per 1 augustus 2010 wettelijk verankerd en daarna geleidelijk ingevoerd.