Minister Van der Laan (Integratie) dinsdag tijdens het vragenuurtje: „Ik ben het eens met Cohen. De boerka is in ons land een uiterst onwenselijke manier om gekleed te gaan. Gemeenten kunnen al korten op een uitkering en deze zelfs stopzetten als blijkt dat een boerka dragende vrouw vanwege haar kleding niet aan het werk komt. Voorbeelden hiervan zijn er echter niet. Ons land telt ongeveer 200 boerkadraagsters. Ik poets het probleem hiermee niet weg, maar we gaan voor deze groep in ieder geval geen generieke wet maken, zoals een compleet boerkaverbod.”Thijl Sunier, hoogleraar islam in Europese samenlevingen aan de Vrije Universiteit: „Pure symboolpolitiek die voortkomt uit een groeiende onvrede en een toenemend onbehagen over moslimvrouwen die zich duidelijk laten zien in de openbare ruimte. Zolang ze de vloeren schoonmaken, is er geen probleem, maar kennelijk wel zodra ze op gekwalificeerde functies solliciteren. Ziedaar de Nederlandse integratieparadox. Bovendien is het plan onuitvoerbaar. Een boerka is een uitermate vaag begrip waar iedereen iets anders onder kan verstaan. Als het gaat om gezichtsbedekking en communicatie, waarom zouden we dan alleen spreken over een boerka? En wie controleert of een eventuele afwijzing bij een sollicitatie daarmee te maken heeft? Een vrijbrief om een veel grotere categorie vrouwen buiten spel te zetten.”

Yayeri Blijdenstein, wethouder van Raalte, een gemeente die ambtenaren verbiedt een boerka te dragen: „Het gaat hier om een lastige en voor Raalte hypothetische situatie. Vrouwen die geen baan krijgen omdat ze een boerka dragen en weigeren deze uit te trekken, moeten ook de consequenties dragen. In dat geval vind ik dan ook niet dat deze mensen zo maar van de overheid mogen verwachten dat zij een uitkering krijgen. Dit doet geen recht aan de bedoeling van de bijstandswet om mensen die niet in staat zijn hun eigen inkomen te verdienen ondersteuning te bieden.”

Cynthia Ortega-Martijn, Tweede Kamerlid ChristenUnie: „Mensen die een uitkering ontvangen, moeten er alles aan doen om aan het werk te komen. Indien dat niet of onvoldoende gebeurt, kunnen gemeenten sancties toepassen. Dat kan door te korten, op te schorten of zelfs de bijstandsuitkering te beëindigen. Iemand die een boerka draagt, zal niet snel worden aangenomen omdat niet te zien is wie de persoon is achter de boerka. Uiting geven aan je geloof is gelukkig een vrije keuze, maar als die in het geval van een boerka je belemmert een baan te vinden, heb je een probleem. Dan is de keus: of de boerka af en een baan of je boerka op en geen uitkering.”

Rasit Bal, voorzitter Contactorgaan Moslims en Overheid: „De vrijheid voor individuele keuze moeten wij te allen tijde handhaven en dat geldt ook voor moslima’s met boerka. Er heeft zich echter nog maar één persoon met boerka gemeld voor een uitkering. Natuurlijk moet de samenleving de boerka niet subsidiëren. Als vaststaat dat de vrouw geen werk kan vinden vanwege haar boerka, moet de sociale dienst haar daarop afrekenen zonder te discrimineren. In geval de uitkeringsinstantie toch weigert, dan moet de islamitische gemeenschap haar desnoods opvangen. Het is een religieuze plicht voor de geloofsgemeenschap om te voorzien in haar levensonderhoud. In de islamitische traditie zijn er genoeg bronnen en instituties om ze te activeren.”

Frank Bartelds, woordvoerder UWV: „Iemand die een aantal jaren werkervaring heeft, krijgt bij werkloosheid van ons gewoon een uitkering. Ook een boerka dragende vrouw heeft daar recht op. Ik ken trouwens geen voorbeelden van vrouwen die werkloos raakten doordat ze hun boerka niet wilden afdoen. Sowieso staat in onze dossiers de reden van ontslag nooit vermeld. We hebben dus geen idee om hoeveel vrouwen het zou gaan.”