Amnesty: Situatie mensenrechten Birma blijft slecht
De mensenrechtensituatie in Birma wordt beter, maar is nog altijd slecht. Dat heeft Amnesty International maandag gezegd nadat voor het eerst een officiële delegatie van de in Londen gevestigde organisatie het door militairen bestuurde land heeft bezocht.
De delegatie heeft met verschillende gevangenen en voormalige gevangenen gesproken, die allemaal hebben aangegeven dat de omstandigheden sinds 1999 „beduidend” beter zijn geworden, aldus Amnesty-regiodirecteur Demelza Stubbings. Zij bezocht Birma van 30 januari tot 8 februari met een collega. Zij mochten van de autoriteiten praten met iedereen die zij wilden en kregen van de regering de verzekering dat de geïnterviewde personen niet gestraft zouden worden.
Stubbings zei dat het bezoek heeft bevestigd dat politiemethodes, gerechtelijke procedures en gevangenisomstandigheden in Birma niet voldoen aan internationale normen. Fundamentele mensenrechten als de vrijheid van meningsuiting, van vereniging en van vergadering worden wettelijk beknot en gevangenen hebben onvoldoende toegang tot familie en advocaten of medische verzorging. Stubbings beloofde namens Amnesty binnen drie maanden een lijst met aanbevelingen aan de Birmaanse regering te sturen om de mensenrechtensituatie te verbeteren.
De delegatie sprak ook met oppositieleider Aung San Suu Kyi. Volgens Stubbings hebben beide partijen afgesproken de inhoud van de gesprekken geheim te houden. Suu Kyi stond tot vorig jaar onder huisarrest en leden van haar Nationale Liga voor Democratie worden dikwijls door de autoriteiten lastiggevallen.