Evangelische Hogeschool is echt anders
De Evangelische Hogeschool moet niet op één hoop worden gegooid met bijbeltrainingsscholen, stelt drs. Els J. van Dijk in reactie op een artikel in de krant van 19 september.
In het RD van 19 september werd melding gemaakt van nieuwe Bijbeltrainingsscholen, ook wel eenjarige vormingsopleidingen genoemd. In het artikel wordt gesuggereerd dat de opleidingen een aanvulling zijn op de bestaande Evangelische Hogeschool (EH) in Amersfoort. Daar tegenover worden aan de andere kant van het spectrum twee opleidingen genoemd die voortkomen uit de reformatorische traditie.Daarmee wordt de indruk gewekt dat de EH zou behoren bij de meer charismatische en/of evangelische varianten. Met die stellingname wordt de EH geen recht gedaan. Ik heb er daarom behoefte aan om een juist beeld van de EH te schetsen. Daarmee zeg ik niet dat de EH beter is, maar wel duidelijk anders.
Ten eerste wordt de EH sinds zijn oprichting in 1977 gekenmerkt door het feit dat christenen uit de volle breedte van kerkelijk Nederland er vertegenwoordigd zijn. Daarbij is het opvallend dat sinds de oprichting circa 75 procent van studenten en medewerkers voortkomt uit de traditionele kerken en circa 25 procent uit de vrije groepen. Dat bracht ons er destijds toe om voor de slogan te kiezen: ”Evangelische Hogeschool, reformatorischer dan u denkt!”.
Verder wijkt het onderwijsprogramma van de EH principieel af van de eerder genoemde vormingsopleidingen. Daar gaat het meer om toerustingsprogramma’s die te kenmerken zijn als ”discipelschapstraining”, ”outreach” en dergelijke. Het programma van de EH kent een geheel ander karakter met geheel andere speerpunten. Op de EH leren studenten hun gehele leven, of dat nu gaat om maatschappelijke oriëntatie, intellectuele ontwikkeling, geloofstoerusting, persoonlijke ontwikkeling én oriëntatie op studie en beroep, te ijken op het Woord van God. En wat zij er vooral leren is dat al die aspecten met elkaar verband houden. Het handelsmerk van de EH kent twee duidelijke accenten: de integratie van geestelijk leven en psychisch functioneren én de professionele persoonlijke begeleiding door ervaren tutoren.
Daarnaast bestaat er natuurlijk ook een groot verschil als het gaat om het aantal studenten. De EH is in de 33 jaar van zijn bestaan uitgegroeid tot een instituut waar jaarlijks circa 300 studenten studeren.
Waarom de EH groeit en jongeren zo veel behoefte hebben aan een van haar opleidingen is wel duidelijk. In een wereld die dol draait, waaruit steeds meer vragen oprijzen zonder dat er antwoorden beschikbaar lijken te zijn en waarin steeds minder identificatiefiguren beschikbaar zijn, hebben jongeren behoefte aan raadsmannen en –vrouwen. Zij hebben behoefte aan mensen die bereid en beschikbaar zijn om mee te denken en bezig te zijn met zingevingsvragen. Zij willen de opdracht die onze God in Deuteronomium 6 geeft serieus nemen en concreet maken.
Nederland kent diverse vormingsinstituten en dat is natuurlijk prima. De EH onderscheidt zich echter op unieke wijze van deze vormen van onderwijs. Dat zit in de combinatie van de diverse aandachtsgebieden in ons onderwijs en in de bijzondere en vruchtbare samenwerking tussen reformatorische en evangelische christenen. We genieten van de verbondenheid in Christus en ervaren dat als een groot goed en bewijs van Gods genade.
De auteur is directeur van de Evangelische Hogeschool.