Een burgemeester wordt voor zes jaar benoemd en kan in principe onbeperkt worden herbenoemd. Ter Horst vindt nog steeds dat burgemeesters niet meer dan drie termijnen op dezelfde post moeten blijven zitten. Dat moet de norm worden, zei ze. Volgens haar zijn de burgemeesters het daar zelf ook mee eens. Ze zal het echter niet wettelijk vastleggen. Een meerderheid in de Tweede Kamer, maar ook het genootschap van burgemeesters is daar tegen.Ter Horst wil stimuleren dat burgemeesters zich realiseren dat ze niet voor het leven benoemd zijn. Dat zegt zij zelf nu ook al tegen nieuwe burgemeesters. Maar de minister wil ook dat ze met bijscholing en loopbaanbegeleiding worden voorbereid op een andere baan. Een Kamermeerderheid staat daar wel achter.

De Kamer is het ook eens met haar voorstel om een oude regeling voor huisvesting van burgemeesters te vervangen. Gemeenten krijgen nu de plicht om burgemeesters bij hun aantreden in het eerste jaar een woning aan te bieden, als zij daar gebruik van willen maken. Daarnaast komt er voor zittende burgemeesters die hun oude huis niet kunnen verkopen een financiële tegemoetkoming voor maximaal een jaar. Dat gaat om een bedrag van maximaal 18 procent van hun maandinkomen, dat echter nooit hoger mag zijn dan de huur van hun nieuwe woning.

Uit een inventarisatie van begin dit jaar bleek dat 37 burgemeesters te maken hebben met dergelijke dubbele woonlasten.

Bij de benoeming van een burgemeester stelt de gemeenteraad altijd een vertrouwenscommissie in. Ter Horst kreeg steun voor haar voorstel om te zorgen dat wethouders daar ook een rol in krijgen. Daarnaast gaat ze wettelijk vastleggen dat er jaarlijkse functioneringsgesprekken met burgemeesters worden gehouden. Ze wil daarmee voorkomen dat de raad en de commissaris van de Koningin zich pas gaan buigen over het functioneren van de burgemeester als de termijn van zes jaar is verstreken en er een besluit genomen moet worden over herbenoeming.