Een woordvoerster van het ministerie van Buitenlandse Zaken in Den Haag heeft dat woensdag laten weten.

De Marokkaanse autoriteiten zegden afgelopen week toe dat de gevangenen een verklaring van onvermogen mogen overleggen waaruit blijkt dat ze de boete niet kunnen betalen. Daarna zal opnieuw worden bekeken of er een verzoek kan worden ingediend.

De negen hadden zich sinds 15 januari aangesloten bij een internationale actie van gevangenen in Marokkaanse gevangenissen. Belangrijkste eis van de Nederlandse gedetineerden was dat zij in aanmerking wilden komen voor strafuitzitting in hun vaderland.

Dat was onmogelijk omdat ze, behalve een gevangenisstraf, ook een hoge boete hadden gekregen van de douane. Die boete moesten ze eerst betalen voordat ze een verzoek konden doen om in Nederland hun straf uit te zitten.

De versoepeling volgde op overleg dat de Griekse ambassadeur in Marokko namens de EU voerde. Griekenland is op dit moment voorzitter van de unie. Nederland heeft sinds 30 december 1999 een verdrag met Marokko over het uitzitten van gevangenisstraffen in het vaderland, het zogeheten WOTS-verdrag (Wet Overdracht Tenuitvoerlegging Strafvonnissen).